De groene bollen zijn de pensioenfondsen die boven de grens voor volledige indexatie zitten. Deze 25 fondsen met 300 duizend deelnemers hebben op 31 december 2017 voldoende vermogen om de pensioenen volledig te indexeren. De gele bollen zijn de fondsen met een dekkingsgraad tussen de grens voor volledige indexatie en de minimale grens voor gedeeltelijke indexatie. Die laatste grens is wettelijk vastgesteld op een dekkingsgraad van 110%. Deze 87 fondsen met 3,4 miljoen deelnemers mogen de pensioenen gedeeltelijk indexeren. De derde categorie zijn de pensioenfondsen met een dekkingsgraad tussen 110% en de minimum dekkingsgraad van 104,2% (de oranje bollen). Deze 46 pensioenfondsen met 2,8 miljoen deelnemers mogen de pensioenen niet indexeren. Maar ze zijn wel uit de gevarenzone voor de wettelijke kortingen in 2020 en 2021. De laatste groep pensioenfondsen, de rode bollen, zijn de fondsen die onder de minimum dekkingsgraad van 104,2% zitten. Dit zijn 47 fondsen met 10,1 miljoen deelnemers.
Dreigende kortingen in 2020 en 2021
Voor de laatste categorie fondsen is de dreiging van kortingen in 2020 en 2021 nog steeds aanwezig. Dit gaat om de zogenaamde MVEV-kortingsmaatregel. Die is ingesteld om te voorkomen dat een pensioenfonds langdurig meer pensioen uitkeert dan er is gereserveerd. Pensioenfondsen die na vijf achtereenvolgende jaren nog niet over de minimale dekkingsgraad van 104,2% (het minimaal vereist eigen vermogen, MVEV) beschikken, moeten na die vijf jaar een zodanige korting van de pensioenen doorvoeren dat de dekkingsgraad weer op het minimale niveau van 104,2% komt. Deze korting is onherroepelijk, maar mag wel worden gespreid over een periode van maximaal 10 jaren. Pensioenfondsen die sinds 2015 of 2016 een lagere dekkingsgraad hebben dan 104,2% kunnen hier in 2020 of 2021 mee te maken krijgen.
Verklaringen van verschillen
Waarom het ene fonds de pensioenen volledig kan indexeren en het andere fonds nog moet vrezen voor kortingen, heeft verklaringen die van fonds tot fonds verschillen. Naast de aard van de pensioenregeling zijn de keuzes die pensioenfondsen maken in het beleggingsbeleid, waaronder het soort beleggingen en de mate van afdekking van het renterisico, en de hoogte van de premie belangrijk. Deze keuzes hebben onder verschillende scenario’s verschillende uitkomsten. Terugkijkend kan worden geconstateerd dat de keuzes van pensioenfondsen tot de volgende uitkomsten hebben geleid.
In figuur 3 staat per categorie van fondsen – de eerder genoemde groene, gele, oranje en rode categorieën – hoe groot de beleggingen in zakelijke waarden waren, in welke mate het renterisico is afgedekt en hoe hoog de premiedekkingsgraad is, oftewel, hoe hoog de premie is die wordt geheven.