Onttrekking aan weerstandsvermogen bij vertrek collectiviteit
22 december 2015Toezicht
Toezicht
Vraag:
Hoe vindt onttrekking aan het weerstandsvermogen plaats bij vertrek van een collectiviteit?
Antwoord:
De wijze van onttrekking aan het weerstandsvermogen bij vertrek van een collectiviteit wordt vastgelegd in de uitvoeringsovereenkomst1 en voldoet aan de volgende voorwaarden:
De onttrekking leidt er niet toe dat het weerstandsvermogen beneden de minimumgrens daalt;
De ene collectiviteit wordt niet bevoordeeld of benadeeld ten opzichte van een andere; en
Uit de administratie van het algemeen pensioenfonds blijkt duidelijk, transparant en ondubbelzinnig wat de bijdrage van elke collectiviteit en/of collectiviteitskring in het weerstandsvermogen is geweest. Deze bijdragen moeten doorlopend worden vastgelegd.
Toelichting
Als een collectiviteit het APF verlaat, daalt het wettelijk verplichte weerstandsvermogen proportioneel aan de vermindering in het beheerde pensioenvermogen2. Het APF pensioenfonds en de werkgever dienen al in de uitvoeringsovereenkomst te zijn overeengekomen hoe er bij vertrek met het ingebrachte weerstandsvermogen moet worden omgegaan. Dit is onderdeel van de beschrijving van de voorwaarden die gelden bij beëindiging van een uitvoeringsovereenkomst.
Wanneer een collectiviteit het APF wenst te verlaten, ontstaat de situatie dat de onderbrengende werkgever zijn pensioenovereenkomst moet onderbrengen bij een andere pensioenuitvoerder. Het kan bij het betrokken APF gaan om een gehele collectiviteitskring (single cliënt collectiviteitskring) of om deel van een kring (in geval van een multi-cliënt kring).
Vertrek van een collectiviteit is tot slot ook aan de orde wanneer het APF ophoudt te bestaan. Na eventueel noodzakelijke voldoening van schuldeisers vanuit het weerstandsvermogen wordt het overschot met inachtneming van het bepaalde in de uitvoeringsovereenkomst(en) verdeeld. Mocht daarna nog een positief saldo resteren, dan wordt dat in overeenstemming met de statutaire bepalingen ten aanzien van de bestemming van het overschot vereffend (conform de relevante bepalingen in boek 2 Burgerlijk Wetboek).
1Artikel 25, lid 1 Pensioenwet 2Voor zover het weerstandsvermogen niet groter is dan € 20 miljoen of kleiner dan € 500.000.
Veel aandacht in ons toezicht dit jaar voor de voorbereiding op het nieuwe pensioencontract en de gevolgen van de coronacrisis voor de pensioensector. Dat zegt Cindy van Oorschot, divisiedirecteur Toezicht pensioenfondsen.
Dit keer niet in de Van Nellefabriek of het Spant!, maar wel live in uw huis- of werkkamer: het DNB Pensioenwebinar. Op 23 maart van 11.30 tot 13 uur. Graag nodigen wij u uit om mee te luisteren, mee te kijken en vooral mee te doen.
DNB heeft met ingang van 1 januari 2021 modelparameters van de uniforme scenario-set aangepast ten opzichte van het advies van de Commissie Parameters 2019.
Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website te optimaliseren, maken wij gebruik van cookies. Lees meer over de cookies die wij gebruiken en de gegevens die we daarmee verzamelen in onze cookie-policy.