Een van mijn favoriete tijdverdrijven is surfen. Niet per se omdat ik er zo goed in ben, maar vooral omdat ik het heerlijk vind. Hoe koud het water soms ook is. Het gevoel van wachten op de juiste golf, het proberen te lezen van het water – dat fascineert me. En al is surfen bij uitstek een manier om je hoofd leeg te maken, ik zie veel parallellen met het onderwerp waar ik me het grootste gedeelte van de week mee bezighoud: de pensioentransitie. Want ook daar draait alles om timing, voorbereiding en evenwicht.
Way of life
Voor veel surfers is surfen meer dan een hobby of sport: het is een ‘way of life’, compleet met bijbehorende rituelen, kleding, en een eigen vocabulaire. Nu zal ik werken in de pensioensector zeker niet als levensstijl betitelen, maar ook wij kennen zo onze eigenaardigheden en vooral heel veel vakjargon. Met de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel zijn er nog flink wat nieuwe termen bijgekomen. Een van de meest gebruikte, om aan te geven dat een fonds de pensioenvermogens van het oude naar het nieuwe stelsel overzet: invaren.
Een historische overstap
Het nieuwe pensioenstelsel maakt ons pensioen persoonlijker en transparanter. Ook past het beter bij een arbeidsmarkt waarin mensen vaker van baan wisselen. De oude ‘doorsneesystematiek’, waarbij iedere ingelegde euro voor dezelfde pensioenopbouw zorgt, ongeacht de leeftijd van deelnemers, verdwijnt. Ook sluiten de risico’s die fondsen bij het beleggen kunnen nemen beter aan bij hoe ver mensen van hun pensioen verwijderd zijn. Dat zijn verbeteringen die deelnemers echt gaan merken.
We zitten op dit moment midden in deze historische overstap. De eerste fondsen zijn over, andere zijn nog druk bezig met berekeningen, gesprekken en het voltooien van documenten — en ja, daar komen heel veel details bij kijken. Het zogenoemde ‘invaardossier’ dat fondsen bij DNB indienen als ze de overstap willen maken, beslaat soms wel honderden pagina’s. Dat is niet gek, want het gaat om miljoenen mensen en hun financiële toekomst en honderden miljarden euro’s. Dat moet goed en zorgvuldig gebeuren. En om soepel surfend in te kunnen varen moet je je goed voorbereiden. Daarop houdt DNB toezicht.
Waar DNB op let
De centrale vraag die wij als toezichthouder stellen: klopt het verhaal van het fonds? Zijn belangen zorgvuldig gewogen? Is het besluit om over te stappen naar het nieuwe stelsel en de manier waarop dit gebeurt goed te verantwoorden aan alle deelnemers — jong, oud, gepensioneerd, startend? Kan iedereen zich evenwichtig vertegenwoordigd voelen? Is het dossier volledig en wettelijk houdbaar?
Als een fonds dit allemaal goed onderbouwt, en aantoont dat ze er met hun systemen klaar voor zijn, leggen wij geen verbod op. Zo vormt DNB een onafhankelijke waarborg in een proces dat in één keer goed moet gebeuren. Dat is een rol om trots op te zijn.
Soms is uitstel verstandig
Bij surfen geldt: niet elke golf die voorbijkomt, is de juiste. Het goede moment kiezen is cruciaal. Soms is het dus beter om te wachten. Dat is geen mislukking, eerder beheersing. En iets waar je beter in wordt, hoe meer uren je op het water doorbrengt. Ook bij de pensioentransitie schuiven fondsen soms hun invaardatum op. Dat is begrijpelijk. De opgave is complex, belangen zijn groot, en de administraties die over moeten naar het nieuwe stelsel zijn nogal omvangrijk. Extra tijd nemen als dat nodig is om alles goed te doen zie ik vooral als een teken van controle en zorgvuldigheid.
Waar ik vertrouwen uit haal
Ook in de pensioentransitie gaat het, net als bij surfen, uiteindelijk om balans. Tussen zekerheid en flexibiliteit, collectiviteit en persoonlijke belangen, ambitie en realisme. Dat fondsen zoveel aandacht hebben voor deze balans en de kwaliteit van hun besluitvorming, stemt positief. Fondsen rekenen tal van scenario’s door, nemen de belangen van uiteenlopende groepen deelnemers serieus en gebruiken onze vragen om hun plannen te verbeteren. Zo werken we allemaal – ieder vanuit zijn eigen rol – aan hetzelfde doel. Een stelsel dat haar sterke punten behoudt, en klaar is voor de toekomst.