Toetsingen CN
De Nederlandsche Bank (DNB) toetst of (beoogd) bestuurders en commissarissen geschikt zijn om hun functie te vervullen en of hun betrouwbaarheid buiten twijfel staat. Deze toetsing wordt uitgevoerd aan de hand van de Beleidsregel geschiktheid 2012.
Het toezicht van DNB richt zich op solide en integere financiële instellingen die hun verplichtingen nakomen. Het toetsingsproces levert daar een belangrijke bijdrage aan. De betrouwbaarheid en de geschiktheid van kandidaten is namelijk essentieel voor de strategie en bedrijfscultuur en daarmee voor de soliditeit en toekomstige levensvatbaarheid van een onderneming.
Contact
Bij vragen kunt u contact opnemen met uw toezichthouder of met het Expertisecentrum toetsingen via telefoonnummer +31 20 524 9111 of via toetsing.expertisecentrum@DNB.nl.
Bijkantoren: Samenloop toetsingen DNB en CBCS
De bijkantoren op de BES hebben in de regel hun zetel in Curaçao of Sint Maarten. De Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) voert als ‘home country’-toezichthouder ook toetsingen uit. Aangezien een bijkantoor zelf geen rechtspersoonlijkheid heeft, betekent dit dat personen met een beoogde toetsbare positie door zowel CBCS als DNB dienen te worden getoetst. Beide toezichthouders dienen tot een positief toetsingsoordeel te komen en toestemming te geven tot benoeming. De toetsingen door CBCS en DNB kunnen gelijktijdig worden uitgevoerd.
Voor bijkantoren geldt dat het prudentieel toezicht bij CBCS ligt en het integriteitstoezicht bij DNB. Tijdens een toetsing van een kandidaat voor een bijkantoor ligt de focus van de toetsing door DNB dan ook op het integriteitstoezicht.
Wie worden getoetst?
De volgende personen worden op geschiktheid en/of betrouwbaarheid getoetst:
- de dagelijks en medebeleidsbepalers, waaronder in ieder geval de bestuurders, van een financiële onderneming met zetel dan wel een bijkantoor in de openbare lichamen;
- de leden van een toezichthoudend orgaan, zoals een raad van commissarissen of raad van toezicht van een financiële onderneming met zetel dan wel een bijkantoor in de openbare lichamen;
- de dagelijks en medebeleidsbepalers van een houder van een gekwalificeerde deelneming in een financiële onderneming met zetel in de openbare lichamen
- de branchemanager van een financiële onderneming met een bijkantoor in de openbare lichamen
Het is verboden bovengenoemde personen zonder voorafgaande toestemming van DNB te benoemen. De toestemming tot benoeming wordt gegeven in het besluit van een met positief resultaat doorlopen toetsing.
Wanneer wordt getoetst?
Aanvangstoetsing
Bij een vergunningaanvraag of registratie en bij een voorgenomen benoeming van een toetsbare functie bij een onder toezicht staande onderneming dient de kandidaat te worden getoetst. De kandidaat mag pas worden benoemd en de functie vervullen nadat DNB een positief besluit heeft gegeven op de toetsing van geschiktheid en/of betrouwbaarheid.
Ook indien een kandidaat een andere toetsbare functie binnen de instelling wil bekleden, dient hij voorafgaand de benoeming te worden getoetst. Dit betreft dan in de regel alleen een geschiktheidstoetsing.
Herbeoordeling betrouwbaarheid
Een beoordeling van betrouwbaarheid heeft een geldigheidsduur van drie jaar. Na verloop van drie jaren wordt de betrouwbaarheid steeds opnieuw beoordeeld. Aan de beoordeling van geschiktheid is geen geldigheidsduur verbonden.
Hertoetsing
Een wijziging in relevante feiten of omstandigheden kan een redelijke aanleiding geven de geschiktheid en/of betrouwbaarheid van een reeds getoetste kandidaat opnieuw te beoordelen. DNB voert dan een hertoetsing uit.
Leges
Aan de behandeling van een aanvangstoetsing zijn in de meeste gevallen kosten verbonden.
DNB brengt leges in rekening vanaf het moment dat de toetsing wordt aangevraagd. Deze leges zijn ook verschuldigd als een toetsing tussentijds wordt ingetrokken of als de aanvraag onvolledig is en niet binnen de gestelde termijn wordt gecompleteerd.
Beslistermijn
Binnen acht weken na ontvangst van een toetsingsaanvraag dient DNB een besluit te nemen. Deze termijn kan worden opgeschort indien nog niet alle informatie is ontvangen. Ook informatie die door een kandidaat tijdens een toetsingsgesprek dient te worden verstrekt, valt hieronder.
In onderling overleg met de onderneming en de kandidaat kan de beslistermijn voor langere tijd worden opgeschort. Een dergelijke afspraak wordt door DNB schriftelijk aan de onderneming bevestigd.
Betrouwbaarheid
DNB toetst of de betrouwbaarheid van een kandidaat buiten twijfel staat. De betrouwbaarheid wordt getoetst voordat een kandidaat de beoogde functie mag bekleden, en vervolgens elke 3 jaar of wanneer bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven.
Een beoordeling van betrouwbaarheid heeft betrekking op de kandidaat. Dit betekent dat een beoordeling van betrouwbaarheid –in tegenstelling tot een beoordeling van geschiktheid– niet afhankelijk is van bijvoorbeeld de samenstelling van het bestuur, het soort onderneming waarop de voorgenomen benoeming betrekking heeft, of de specifieke functie die de kandidaat gaat vervullen.
DNB betrekt voornemens, handelingen (doen of nalaten) en antecedenten van de kandidaat in de betrouwbaarheidstoetsing. Deze criteria zijn nader uitgewerkt in de Regeling Pensioenwet BES (voor pensioenfondsen) het Besluit financiële markten BES (voor de overige financiële ondernemingen).
In het kader van een betrouwbaarheidstoetsing beoordeelt DNB steeds of sprake is of kan zijn van conflicterende belangen. Die kunnen zich bijvoorbeeld voordoen indien de kandidaat een lokale PEP (politiek prominente persoon) is.
Wanneer zich na de toetsing feiten en/of omstandigheden voordoen die mogelijk de betrouwbaarheid van de kandidaat raken, is de kandidaat als ook de onderneming verantwoordelijk om dit aan DNB te melden. DNB maakt dan een afweging of die feiten en/of omstandigheden een redelijke aanleiding geven tot hertoetsing van de betrouwbaarheid.
Indien die feiten en/of omstandigheden niet worden gemeld, kan DNB dit aanmerken als een toezichtantecedent en dat kan zwaar wegen bij een herbeoordeling of hertoetsing van betrouwbaarheid.
Vuistregel is dat beter te veel dan te weinig kan worden gemeld. Openheid van zaken is een verzachtende omstandigheid die wordt meegenomen in de beoordeling. Bij vragen kunt u altijd contact opnemen met uw toezichthouder, het Expertisecentrum toetsingen of via toetsing.expertisecentrum@dnb.nl.
Geschiktheid
Bij een beoordeling van geschiktheid stelt DNB vast of de kandidaat beschikt over voldoende relevante kennis, vaardigheden en professioneel gedrag om de functie te vervullen. Dit blijkt in ieder geval uit de opleiding, werkervaring en competenties.
Een beoordeling van geschiktheid is gekoppeld aan de functie. Daarom wordt bij de beoordeling rekening gehouden met i) de specifieke functie, met ii) het soort, de omvang, de complexiteit en het risicoprofiel van de onderneming en -indien sprake is van een collectief- met iii) de samenstelling en het functioneren van het collectief.
De kandidaat dient per datum benoeming geschikt te zijn. Dit betekent dat hij zich voorafgaand de toetsing dient te hebben verdiept in de producten, de inrichting/bedrijfsvoering en de cultuur van de onderneming. Dit kan door openbare stukken en interne stukken te lezen en gesprekken te voeren met leden van de RvB, de directie, de RvC en/of de RvT. Zo krijgt de kandidaat inzicht in relevante (markt)ontwikkelingen en regelgeving, de belangrijkste uitdagingen en knelpunten voor de onderneming en mogelijke issues. Indien nodig kan de onderneming de kandidaat een geheimhoudingsverklaring laten ondertekenen, zodat de kandidaat zich voldoende kan voorbereiden op de beoogde functie.
Een geschiktheidstoetsing omvat de volgende onderwerpen:
- Bestuur, organisatie en communicatie
- Producten, diensten en markten waarop de onderneming actief is
- Beheerste en integere bedrijfsvoering
- Evenwichtige en consistente besluitvorming
- Voldoende tijd
Voor iedere kandidaat geldt dat ook getoetst wordt op competenties. In de Beleidsregel Geschiktheid 2012 worden achttien competenties opgesomd, waaronder onafhankelijkheid, overtuigingskracht, samenwerkingsvermogen, besluitvaardigheid en helikopterzicht en oordeelsvorming. Voor elke functie zijn andere competenties van belang. Daarom hoeft een kandidaat niet over alle competenties te beschikken. De opsomming in de Beleidsregel is niet limitatief.
In te dienen stukken
Vragenlijst Benoeming CN
Voor iedere toetsing (betrouwbaarheid en geschiktheid) dient de Vragenlijst Benoeming CN te worden ingevuld en door de kandidaat zelf te worden ondertekend. Het formulier, voorzien van de bijlagen -in ieder geval kopie paspoort en een CV- kan worden gemaild naar toetsing.expertisecentrum@dnb.nl.
Bij het Vragenlijst Benoeming CN dient tevens de volgende aanvullende informatie als bijlage toegevoegd te worden.
Functieprofiel
In het functieprofiel wordt in ieder geval aandacht besteed aan:
- De aandachtsgebieden
- De taken en verantwoordelijkheden
- De te verwachten tijdsbesteding
- De benodigde competenties
- De functievereisten in termen van opleiding en ervaring
Werving- en selectieprocedure
DNB verzoekt om een omschrijving van de procedure die is doorlopen om de kandidaat te werven en te selecteren. Dus niet om de standaardprocedure, maar om de procedure die daadwerkelijk is doorlopen.
Besluitvorming en overwegingen bij benoeming
In dit onderdeel wordt de besluitvorming over de selectie van de kandidaat toegelicht, waaronder de motivatie waaruit blijkt waarom de kandidaat voldoet aan het functieprofiel. Indien relevant kan hier worden omschreven welke maatregelen zijn genomen om belangenverstrengeling en de schijn van belangenverstrengeling tegen te gaan.
Geschiktheidsmatrix
De geschiktheidsmatrix en de toelichting hierop geven inzicht in de kennis en vaardigheden van de kandidaat én van de andere leden van het collectief. Bij de beoordeling van de geschiktheid van de kandidaat speelt namelijk ook de samenstelling van het collectief een rol.
Om de matrix goed te kunnen beoordelen, is het volgende nodig:
- Een omschrijving waaruit blijkt hoe de matrix tot stand is gekomen.
Denk aan: hoe zijn de scores tot stand gekomen, wie heeft de scores ingevuld, zijn de scores in het collectief besproken, heeft de kandidaat kennis genomen van de volledig ingevulde matrix. - Een antwoord op de volgende vragen:
- Op welk onderdeel scoort het collectief naar uw mening het best en het minst en waar ligt dat volgens u aan?
- Hoe zullen de minder sterke punten binnen het collectief worden gecompenseerd?
- Wat is de meerwaarde van de kandidaat voor het collectief?
Tijdsbesteding
DNB wil graag inzicht in de daadwerkelijke tijdsbesteding van de kandidaat. Geef hiervoor in het cv aan wat de gemiddelde wekelijkse of maandelijkse tijdsbesteding per nevenfunctie is. Er kan hiervoor ook een apart document worden opgesteld.
Toelichting voorbereiding functie
Een toelichting hoe de kandidaat zich heeft voorbereid op de functie zorgt ervoor dat DNB een vollediger beeld krijgt van de geschiktheid van de kandidaat. Denk hierbij aan het doornemen van stukken, het bijpraten of het houden van discussiesessies binnen de organisatie, het bijwonen van vergaderingen als toehoorder, interne of externe opleidingen.
Extra bijlagen
U kunt meer bijlagen toevoegen als u vindt dat DNB door het lezen daarvan een beter beeld krijgt van de kandidaat of van de functie. Denk aan: het opleidingsplan of inwerkprogramma, de uitkomst van een assessment of management development-beoordelingen.
Toetsingsproces in stappen
Ontvangst aanvraag
Het toetsingsproces start als DNB een aanvraag heeft ontvangen (per post of via de mail: toetsing.expertisecentrum@dnb.nl). DNB controleert de aanvraag en de bijlagen en stuurt binnen vijf werkdagen een ontvangstbevestiging. Als de aanvraag niet volledig is, vragen wij u om de ontbrekende informatie aan te leveren.
Vooronderzoek
Nadat het toetsingsdossier compleet is, voert het Expertisecentrum Toetsingen een vooronderzoek uit. Hierbij raadpleegt DNB openbare en ook niet-openbare bronnen, waaronder de Belastingdienst, de FIOD, het Openbaar Ministerie en de Kamer van Koophandel. Daarnaast kan informatie worden ingewonnen bij (buitenlandse) financiële toezichthouders, strafrechtelijke autoriteiten en bij referenten. Het opvragen van informatie bij referenten gebeurt niet standaard. Het is verstandig om van tevoren aan de referenten aan te geven dat de kans aanwezig is dat er geen contact wordt opgenomen. Verder betrekt DNB in het vooronderzoek relevante informatie uit het reguliere toezicht, bijvoorbeeld over de omstandigheden en uitdagingen waarvoor de onderneming zich geplaatst ziet.
Toetsingsgesprek
Als op basis van het vooronderzoek een duidelijk beeld bestaat, kan DNB een positief besluit nemen zonder dat een toetsingsgesprek plaatsvindt. Als DNB nog geen volledig beeld heeft en/of behoefte heeft aan meer informatie, wordt de kandidaat uitgenodigd voor een gesprek. Ook kan DNB een kandidaat uitnodigen vanwege het belang van de functie of de situatie bij de onderneming.
Indien het (eerste) gesprek nog geen duidelijk en volledig beeld oplevert, kan een tweede gesprek worden gepland. De kandidaat wordt dan voorafgaand het tweede gesprek geïnformeerd over de aanleiding.
Besluitvorming
Op basis van het onderzoek en een of meerdere gesprekken komt DNB zo snel mogelijk tot een oordeel over de geschiktheid en/of betrouwbaarheid van de kandidaat. Bij ondernemingen die zowel onder toezicht van DNB als CBCS staan, kunnen DNB en CBCS samenwerken.
Als het besluit positief is, kan de kandidaat benoemd worden en beleidsbepalende activiteiten gaan verrichten.
Als DNB het voornemen heeft om een negatief besluit te nemen, wordt de kandidaat van dit voornemen schriftelijk op de hoogte gesteld en maakt DNB een belafspraak om een nadere toelichting te geven. De kandidaat en de instelling hebben de mogelijkheid om een zienswijze te geven op het voorgenomen besluit. In het geval van een daaropvolgend negatief besluit staat vervolgens bezwaar en/of beroep open.
Procedure bij (een voornemen tot) een negatief besluit
Zienswijze
Een zienswijze is een mondelinge of schriftelijke reactie op het voornemen tot besluit. Zowel de instelling als de kandidaat kan een zienswijze geven. DNB betrekt de aangevoerde argumenten bij het nemen van het definitieve besluit (beschikking). De beschikking wordt opgesteld door de betrokkenen die ook de toetsing hebben uitgevoerd. Indien de beschikking nog steeds negatief is, bestaat de mogelijkheid om bezwaar en/of beroep in te dienen.
Bezwaar en/of beroep
Tegen de beschikking kan door iedere belanghebbende binnen zes weken na de dag van bekendmaking beroep worden ingesteld bij het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire. Voorafgaand aan een beroepsprocedure bij het Gerecht in eerste aanleg kan een belanghebbende -eveneens binnen zes weken na de dag van bekendmaking- tegen de beschikking een bezwaarschrift indienen bij DNB.
Downloads
- Geschiktheidsmatrix BES (07 december 2023 | 135KB DOC)
- Vragenformulier benoeming BES (23 september 2024 | 139KB PDF)
- Matrix BES (English) (07 december 2023 | 133KB DOC)
- Questionnaire appointment BES (23 september 2024 | 141KB PDF)
DNB maakt gebruik van cookies
Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website te optimaliseren, maken wij gebruik van cookies.
Lees meer over de cookies die wij gebruiken en de gegevens die we daarmee verzamelen in onze cookie-policy.