Inflatie: prijsstijging
Als de prijzen van veel producten en diensten stijgen, spreken we van inflatie. Die inflatie wordt uitgedrukt in een percentage. De Nederlandse inflatie was in oktober 2022 bijvoorbeeld 16,8 procent. Dat percentage laat zien hoeveel geld consumenten gemiddeld méér kwijt waren aan hun normale uitgaven vergeleken met een jaar eerder.
Zo wordt het inflatiecijfer berekend
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) berekent het inflatiecijfer. De onderzoekers houden daarvoor de prijzen bij van een ‘mandje’ met allerlei producten waaraan we geld uitgeven. Van koffie tot kleding, van een smartphone-abonnement tot de woonlasten. Elke maand berekenen de onderzoekers van het CBS het actuele inflatiecijfer. Dat doen ze met een Europese maatstaf, om zo de inflatiecijfers binnen het eurogebied goed te kunnen vergelijken. Dit noemen we voluit de Geharmoniseerde Consumptieprijsindex (HICP).
Corona en oorlog zorgen voor hoge inflatie
De inflatie is tegenwoordig hoog. Je energierekening, de dagelijkse boodschappen of een nieuwe fiets: alles kost een stuk meer dan een jaar geleden. Die prijsstijgingen hebben alles te maken met de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne.
Tijdens de coronacrisis kwam de economie in 2020 tot stilstand. Toen de economie daarna weer opstartte en de vraag naar allerlei producten en diensten toenam, konden bedrijven niet snel genoeg aan materialen en mensen komen om die te kunnen leveren. Daardoor ontstond een groot tekort aan producten en diensten. De oorlog in Oekraïne zorgde voor nog meer tekorten, vooral van gas, olie en voedsel als graan en zonnebloemolie.
Door de nasleep van corona en de oorlog was de vraag naar veel producten en diensten groter dan het aanbod. En als de vraag groter is dan het aanbod, stijgen de prijzen als de markt zijn werk doet.
Dure energie drijft de prijzen verder op
Duurdere energie maakt dat ook veel andere producten meer gaan kosten: de kas waarin je paprika’s groeien, moet worden warm gestookt. Het busje dat je bestelling thuis brengt, rijdt ook niet op lucht. En doordat alle prijsstijgingen het leven duurder maken, willen veel werknemers ook loonsverhoging. Hogere lonen betekenen hogere kosten, en ook die worden doorberekend in de prijzen.
Inflatie en onze welvaart
Inflatie betekent dus dat de meeste prijzen stijgen. Vooral bij een hoge inflatie merk je goed dat alles duurder wordt. Daardoor kun jij met jouw geld minder kopen. Misschien kom je niet meer rond met je inkomen. Dat is niet goed voor jou, en ook niet goed voor de economie. Een te hoge inflatie leidt door snelle prijsveranderingen tot grote onzekerheid. En dat zet een rem op de economie. Dat willen centrale banken voorkomen.
Centrale bank en inflatie
Natuurlijk bepaalt de Europese Centrale Bank, de ECB, niet de hoogte van de prijzen. Dat doet de markt, waar de wet van vraag en aanbod geldt. De ECB heeft geen directe invloed op de inflatie. Maar zij heeft wel gereedschap om de inflatie indirect, met omwegen, te beïnvloeden. Dat doet de centrale bank met monetair beleid.
Rente als gas- en rempedaal
Het belangrijkste instrument dat de ECB op dit moment inzet om de inflatie omlaag te krijgen, is de beleidsrente. Die rente bepaalt hoeveel rente banken moeten betalen om geld bij de ECB te lenen of aan te houden. De rente werkt als het gas- en rempedaal van de economie.