Boete voor ABN AMRO Bank N.V. wegens overtreden bonusverbod

Staatssteun

Tijdens de kredietcrisis heeft een aantal financiële ondernemingen steun ontvangen van de Nederlandse Staat. Deze instellingen is een bonusverbod opgelegd zolang de staatssteun bestaat, alsook een verbod om het vaste salaris verder te verhogen dan de jaarlijkse CAO-loonsverhoging. Het doel was te voorkomen dat staatssteun, of inkomsten verdiend dankzij die staatssteun, gedeeltelijk uitgekeerd zouden worden aan topfunctionarissen van de instelling in de vorm van bonussen. Het verbod is van toepassing op het topmanagement van de instelling. Daaronder wordt verstaan de leden van de raad van bestuur, en de functionarissen direct onder de raad van bestuur in functies die het risicoprofiel van een bank wezenlijk kunnen beïnvloeden, het zogenaamde tweede echelon.

Overtreding

Financiële ondernemingen die staatssteun ontvangen, mogen geen bonussen toekennen of uitkeren. ABN AMRO werd in 2008 genationaliseerd en ontving in die hoedanigheid staatssteun. Sinds 2015 bouwt de Nederlandse Staat dit belang geleidelijk af.

DNB heeft geconstateerd dat ABN AMRO van 2016 tot en met 2024 bonussen heeft toegekend en uitgekeerd aan zeven functionarissen uit het tweede echelon. Het betreft toegekende bonussen van in totaal ruim € 1,5 miljoen. Met het toekennen en uitkeren van deze bonussen overtreedt ABN AMRO dus het bonusverbod. Daarnaast is uit het onderzoek gebleken dat één functionaris een verhoging van het vaste salaris heeft gekregen in twee opeenvolgende jaren van respectievelijk 11,4% en 28,8%, hetgeen meer was dan de toegestane CAO-loonsverhoging van respectievelijk 1,5% en 2,5%.

Ernst van de overtreding en mate van verwijtbaarheid

Het vertrouwen van de samenleving in financiële instellingen wordt door deze overtreding geschaad, terwijl banken een belangrijke maatschappelijke functie vervullen voor een goed werkende economie en samenleving. Gelet op deze maatschappelijke rol en de gevoeligheid van het onderwerp bonussen, ziet DNB deze overtreding als ernstig.

Van een professionele marktpartij en vergunninghoudende bank als ABN AMRO mag worden verwacht dat zij op de hoogte is van de voor haar geldende wet- en regelgeving en deze naleeft. Ook mag van haar worden verwacht dat zij de overtreding niet laat voortduren nadat zij hierop is gewezen, en kordaat optreedt om ervoor te zorgen dat zij het verbod alsnog naleeft.

Specifiek heeft de toezichthouder ABN AMRO erop gewezen dat het toekennen en uitkeren van bonussen aan functionarissen uit het tweede echelon niet is toegestaan. Hierna heeft ABN AMRO de uitkering van de bonussen in eerste instantie stopgezet. Echter, op een later moment heeft ABN AMRO besloten om niet alleen het uitkeren van de bonussen te hervatten, maar bovendien een nieuwe tranche aan bonussen toe te kennen. Daarmee heeft ABN AMRO de overtreding van het bonusverbod bewust langere tijd laten voortduren en ging zij in tegen de expliciete instructies van de toezichthouder. Deze handelwijze rekent DNB ABN AMRO zwaar aan.

ABN AMRO heeft aan DNB bevestigd inmiddels de reikwijdte van het bonusverbod te hebben aangepast, en geen bonussen meer uit te keren aan het tweede echelon.

Boete

De boete voor de overtreding die ABN AMRO heeft begaan, is met inachtneming van het Algemeen boetetoemetingsbeleid DNB , vastgesteld op € 15 miljoen. Bij het bepalen van de hoogte van de boete heeft DNB relevant geacht dat sprake is van een ernstige en meerjarige overtreding en dat sprake is van verhoogd verwijtbaar handelen. Verder is meegewogen dat ABN AMRO een grote instelling is met een aanzienlijke draagkracht. Alles overziend en rekening houdend met de omstandigheden van het geval, acht DNB een boete van 15 miljoen euro in dit geval passend en geboden.

Bezwaar

ABN AMRO heeft na ontvangst van het boetebesluit de mogelijkheid om binnen zes weken bezwaar te maken tegen het besluit. Lees hieronder het volledige boetebesluit, met uitzondering van vertrouwelijke gegevens.

Journalisten kunnen voor meer informatie contact opnemen met Ivo Bökkerink: i.j.w.bokkerink@dnb.nl of 06 – 11 40 52 02 en Ezra Malko: e.a.malko@dnb.nl of 06 – 50 01 26 91.

Actuele stand van zaken (update 19 juni 2025)

Een besluit wordt definitief als hiertegen geen rechtsmiddelen zijn ingesteld. Belanghebbenden kunnen tot zes weken na bekendmaking van het besluit bezwaar maken. Tegen de beslissing op bezwaar kan tot zes weken beroep bij de rechtbank worden ingesteld. Tegen de uitspraak van de rechter kan hoger beroep worden ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Indien niet wordt overgegaan tot het instellen van bezwaar, beroep of hoger beroep, is het besluit onherroepelijk. In de tabel leest u de actuele stand van zaken van dit besluit.