Achtergrond informatie RSR en tussenrapportages
Solvency-II-Verzekeraars moeten ten minste eens in de drie jaar een RSR inleveren bij DNB1, tenzij DNB verzoekt een andere frequentie te hanteren. Deze rapportageverplichting is vastgelegd in de Solvency II-regelgeving in artikel 312 lid 1a, lid 2 en lid 3 van de Solvency II Gedelegeerde Verordening. In de tussenliggende jaren verzoekt DNB de grotere Solvency II verzekeraars en groepen jaarlijks enkele specifieke hoofdstukken van de RSR in te leveren. De kleinere verzekeraars hoeven alleen een RSR in te leveren indien er zich materiele wijzigingen hebben voorgedaan die de besluitvorming of het oordeel van de toezichthoudende autoriteiten zouden kunnen beïnvloeden als zij niet of onjuist worden weergegeven.
Omdat over boekjaar 2022 de meeste verzekeraars en groepen een volledige RSR in moesten leveren, geldt 2023 weer als een ‘tussenliggend jaar’ en behoeven de kleinere verzekeraars geen RSR in te leveren indien er geen sprake is van materiële wijzigingen – tenzij zij een specifiek verzoek van toezichthouder ontvangen. Grote verzekeraars en groepen leveren een deel van de RSR in en worden daarover geïnformeerd door de toezichthouder.
Verzekeraars die geen RSR inleveren, moeten via een tussenrapportage wel melden of zich al dan niet materiële wijzigingen hebben voorgedaan in het afgelopen boekjaar.
Meer informatie
Principes om overlap tussen kwalitatieve rapportages te verminderen