Verouderde browser

U gebruikt een verouderde browser. DNB.nl werkt het beste met:

Cadeaukaarten en verplichting tot identificatie en verificatie artikel 7 derde lid Wwft

Vraag:

Bij welke soort cadeaukaarten dient bij een besteding op afstand (op internet) van meer dan € 50 identificatie en verificatie plaats te vinden op grond van artikel 7, derde lid van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft)?

Antwoord:

Cadeaukaarten kunnen kwalificeren als elektronisch geld, in dat geval is de Wwft van toepassing op deze kaarten. Indien de geldwaarde meer dan € 150 bedraagt, moet altijd identificatie en verificatie van de gebruiker plaatsvinden. Bij besteding van € 150 of minder is identificatie en verificatie niet nodig, tenzij het een besteding op internet betreft van meer dan € 50. Dit volgt uit Europese regelgeving (Anti- Money Laundering Directive - AMLD) die in de Nederlandse wetgeving is geïmplementeerd. Deze verplichting is echter afhankelijk van het soort cadeaukaart. Er zijn in beginsel vier soorten cadeaukaarten te onderscheiden:

1. Cadeaukaart van een specifieke winkel

Uit de definitie van elektronisch geld volgt dat er geen sprake is van elektronisch geld als de waarde uitsluitend bij de uitgever kan worden besteed. Aangezien dit het geval is bij closed-loop betaalkaarten, worden zij niet aangemerkt als elektronisch geld. Hierbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan kaarten die worden uitgegeven door een winkel en ook alleen bij deze winkel kunnen worden besteed. Dit brengt met zich dat artikel 7, derde lid van de Wwft niet van toepassing is, waardoor er bij deze kaarten géén identificatie en verificatie hoeft plaats te vinden, dus ook niet indien de geldwaarde meer dan € 150 bedraagt of indien een internetbesteding plaatsvindt van € 50 of meer (let op: mits de grenswaarden ex art. 37, lid 2 PSD2 niet zijn bereikt).

2. Kaarten die vallen onder de beperkte reeks van goederen en diensten

In bepaalde gevallen is bij “uitgifte van elektronisch geld” de Wet op het financieel toezicht (Wft) niet van toepassing (Art. 1:5 jo. art. 1:5a, lid 2 onder k en l Wft. Let op: mits de grenswaarden ex art. 37, lid 2 PSD2 niet zijn bereikt.). In dat geval zal voor het uitvoeren van de activiteiten geen vergunning nodig zijn en is de elektronische geldinstelling (EGI) niet gebonden aan de wettelijke voorschriften van de Wft en het Burgerlijk Wetboek (Art. 7:514 BW).

Een van deze uitzonderingen in de Wft is de uitgifte van elektronisch geld met een beperkt bestedingsbereik, daarmee vallen ook de cadeaukaarten die vallen onder de beperkte reeks van goederen en diensten onder de uitzondering in de Wwft (denk aan een bioscoopbon) (Art. 1:5 jo. art. 1:5a, lid 2 sub k en l Wft; Art. 1a, lid 3 onder e Wwft).

Ook bij besteding van deze kaarten hoeft géén identificatie en verificatie van de gebruiker plaats te vinden.

3. Kaarten die worden uitgegeven door vrijgestelde EGI’s

Vrijgestelde EGI’s dienen te voldoen aan de Vrijstellingsregeling Wft. Deze vrijgestelde EGI’s staan in het register van DNB en zijn wel Wwft plichtig (Art. 1:1 Wft jo art 1a, lid 3 sub e Wwft). In het geval van een cadeaukaart uitgegeven door een dergelijke partij dient bij uitgifte van een geldwaarde van meer dan € 150 of bij besteding op internet van meer dan € 50 wel identificatie en verificatie van de gebruiker plaats te vinden.

4. Kaarten die worden uitgegeven door vergunninghoudende EGI’s

Ten slotte dienen EGI’s die niet uitgezonderd of vrijgesteld van de vergunningplicht zijn, zowel aan de Wft als aan de Wwft verplichtingen te voldoen (Art. 1:1 Wft jo art 1a Wwft). In het geval van een cadeaukaart uitgegeven door een dergelijke partij dient bij uitgifte van een geldwaarde van meer dan € 150 of bij besteding van deze cadeaukaart op internet voor een bedrag van meer dan € 50 wel identificatie en verificatie van de gebruiker plaats te vinden.