Waarom de inflatie in Nederland hoger is dan in het eurogebied

Achtergrond

Nederland heeft al langere tijd een hogere inflatie dan de landen om ons heen. In oktober lag de Nederlandse inflatie 0,9 procentpunt hoger dan het Europese gemiddelde. Waar komt dit door en wat kan eraan worden gedaan?

Gepubliceerd: 06 november 2025

Atrium

Monetair beleid

De doelstelling van de ECB is prijsstabiliteit in het eurogebied. Met prijsstabiliteit bedoelen we dat de gemiddelde inflatie in het eurogebied 2% is op middellange termijn, denk aan zo’n twee tot drie jaar. Tijdens de ECB-vergadering van 30 oktober is besloten om de rente niet te wijzigen. Dit besluit is genomen omdat de inflatie in het eurogebied op dit moment rond de doelstelling ligt en de ECB verwacht dat de inflatie rond de 2% blijft de komende tijd. Deze rentestand is een goed uitgangspunt om ervoor te zorgen dat inflatie ook op middellange termijn dicht bij de doelstelling blijft. Wel is op dit moment de onzekerheid over toekomstige inflatieontwikkelingen nog groot, met zowel veel opwaartse als neerwaartse inflatierisico’s. Denk daarbij aan geopolitieke spanningen, een sterkere wisselkoers, handelsfricties en fragmentatie van mondiale aanbodketens. In december is er meer informatie, waaronder nieuwe ramingen, beschikbaar over de vooruitzichten voor inflatie. Op basis daarvan zal de ECB in december opnieuw het rentebeleid beoordelen.

Inflatieverschil Nederland

Als gezegd, de ECB richt zich op de gemiddelde inflatie in het eurogebied. De inflatie kan in landen van het eurogebied hoger of lager zijn dan dit gemiddelde. De laatste jaren is de inflatie in Nederland gemiddeld genomen hoger dan in het eurogebied. Het inflatieverschil werd sinds april van dit jaar geleidelijk kleiner, maar de afgelopen twee maanden steeg het weer en in oktober lag de Nederlandse inflatie 0,9 procentpunt hoger dan het eurogebiedgemiddelde.

De figuur hieronder laat het verschil zien tussen de inflatie in Nederland en in het eurogebied. De groene lijn toont het totale verschil en de kleurenbalken het verschil in de bijdrage van de belangrijkste componenten. De figuur laat zien dat het inflatieverschil in april van dit jaar piekte. Dat kwam vooral doordat voedsel, diensten en goederen in Nederland sterker in prijs stegen dan in de andere landen van het eurogebied.

Figuur. Uitsplitsing van het inflatieverschil tussen Nederland en het eurogebied

Uitsplitsing van het inflatieverschil tussen Nederland en het eurogebied

De balken geven per component het verschil in bijdrage aan de inflatie weer (in procentpunten) tussen Nederland en het eurogebied. Bronnen: CBS en Eurostat.

Sinds april dit jaar zien we dat het verschil tussen de Nederlandse en Europese voedselinflatie kleiner is geworden. Het verschil in de inflatie van energie is sinds het voorjaar juist toegenomen en bij diensten nam het verschil in oktober weer toe. Het is op zich niet vreemd dat de inflatie in een maand verschillend is tussen eurolanden, bijvoorbeeld omdat de samenstelling van consumptiemandjes verschilt, evenals economische ontwikkelingen in landen. 

Waarom de voedselinflatie in Nederland hoger ligt

Vooral in 2024 en de eerste helft van 2025 was de inflatie van voeding, dranken en tabak in Nederland hoger dan in het eurogebied. Dat werd voor een belangrijk deel veroorzaakt door verhoging van indirecte belastingen in Nederland, zoals accijnzen. Zulke belastingmaatregelen verhogen het prijsniveau eenmalig, maar het effect ervan verdwijnt pas een jaar later uit het inflatiecijfer. Dat verklaart dat vanaf juni dit jaar het verschil in voedselinflatie tussen Nederland en het eurogebied weer is afgenomen.

Waarom de prijzen van diensten in Nederland meer stijgen

De prijs van diensten wordt voor een belangrijk deel bepaald door loonkosten. De loongroei is in Nederland al enige jaren hoger dan in het eurogebied, omdat onze arbeidsmarkt krapper is. Volgens de laatste cijfers is de werkloosheidsvoet in Nederland 3,9% en in het eurogebied 6,3%. Dat betekent dat personeel in Nederland schaarser is, waardoor de lonen hier sneller stijgen. Als gevolg daarvan zijn de prijzen van diensten in Nederland de afgelopen jaren sneller gestegen dan in andere landen van het eurogebied. De afgelopen maand had de diensteninflatie de grootste bijdrage aan het inflatieverschil. 

Waarom de inflatie van goederen in Nederland afwijkt

De inflatie van industriële goederen exclusief energie was in Nederland tussen februari en september 2025 hoger dan die van het eurogebied. Als we kijken naar specifieke goederen dan zien we bijvoorbeeld dat in augustus en september de inflatie van kleding in Nederland hoger is. De hogere loongroei speelt hier waarschijnlijk ook een rol: omdat Nederlandse huishoudens meer te besteden hebben is de vraag naar goederen hoger. Daarnaast was ook de inflatie van goederen voor het huis (meubelen, inrichting en onderhoud) in september hoger in Nederland. In Nederland stijgen de huizenprijzen sneller dan in andere landen van het eurogebied en zit het aantal woningtransacties in de lift. Als meer mensen een huis kopen is er ook meer vraag naar spullen voor inrichting en onderhoud. 

Waarom energieprijzen meer stijgen

De component die de afgelopen maanden sterk heeft bijgedragen aan het inflatieverschil tussen Nederland en het eurogebied is de energie-inflatie. Een reden is dat de energiemix per land verschilt. Nederlandse huishoudens consumeren relatief meer gas binnen hun totale consumptiemandje, terwijl in het eurogebied relatief meer brandstoffen voor vervoer worden gebruikt. Hoewel olie- en gasprijzen op de wereldmarkt worden bepaald en de laatste tijd een vergelijkbare ontwikkeling laten zien, werken ze anders door in de consumentenprijzen van eurolanden. In januari en juni van dit jaar piekten de olie- en gasprijzen, waarna ze weer zijn gedaald. Die veranderingen zijn snel zichtbaar aan de pomp, maar niet direct te zien op de energierekening van huishoudens. Een belangrijke verklaring hiervoor is dat Nederlandse huishoudens relatief meer vaste energiecontracten hebben, in vergelijking met huishoudens in veel andere landen van het eurogebied (ACER, 2025). Hierdoor zien Nederlandse huishoudens de recente prijsdaling van gas minder snel terug op hun energierekening, en blijft de energie-inflatie dus langer hoog. 

Beleid om het inflatieverschil aan te pakken

Het inflatieverschil hangt dus samen met kenmerken van de Nederlandse economie, zoals de afhankelijkheid van gas en de op volledige capaciteit draaiende economie met een krappe arbeidsmarkt. We lichtten dat eerder toe in deze analyse. Door knelpunten voor bedrijven weg te nemen, kunnen sommige economische kenmerken die nu tot een hogere inflatie leiden worden opgelost. Denk aan knelpunten in de infrastructuur zoals het volle elektriciteitsnet.

Het wegnemen van zulke knelpunten bevordert dat bedrijven makkelijker hun productie kunnen uitbreiden. Dat kan leiden tot een groter aanbod van goederen en diensten en vermindert zo de opwaartse druk op de inflatie. Datzelfde kan worden bereikt door het creëren van ruimte op de arbeidsmarkt. Toepassing van nieuwe technologieën, investeren in vaardigheden van werknemers en het slimmer organiseren van werkprocessen kunnen daarbij helpen. Zie ook deze analyse.

Tot slot ligt het voor hand dat de rijksoverheid kijkt naar budgettaire maatregelen. Expansief begrotingsbeleid stimuleert de bestedingen van de overheid. In een al op volledige capaciteit draaiende economie zoals de onze zorgt dat alleen maar voor meer krapte, met opwaartse prijsdruk als gevolg. Kabinet en Tweede Kamer moeten daarom streven naar gezonde overheidsfinanciën, in lijn met het advies van de Studiegroep Begrotingsruimte.

Ontdek gerelateerde artikelen