Een resolutietaak in opbouw
Onder regie van de SRB en in samenwerking met de banken, heeft DNB de afgelopen twee jaar resolutieplannen voor de grootbanken opgeleverd. Daarnaast heeft DNB voor een aantal middelgrote instellingen een eerste resolutiestrategie bepaald die nader uitgewerkt wordt in resolutieplannen. Bij de ontwikkeling van het resolutiegereedschap is prioriteit gegeven aan de instrumenten bail-in en overdracht van onderneming.
Met het overdrachtsinstrument kan DNB een (deel van een) falende bank onderbrengen bij een andere bank. Met bail-in is het mogelijk om verliezen toe te rekenen aan aandeelhouders en crediteuren. Dit in tegenstelling tot een bail-out waarbij de overheid banken te hulp schiet. Het is dan wel belangrijk dat een bank op haar balans over voldoende verliesabsorberend vermogen beschikt. Op internationaal niveau zijn hiervoor minimumvereisten overeengekomen. Naar verwachting zal de SRB in 2017 de grote banken voor het eerst bindende eisen opleggen, waar zij binnen een aantal jaren aan moeten voldoen.
DGS draagt bij aan de ordentelijke aanpak van falende banken
De resolutietaak ligt in het verlengde van de verantwoordelijkheid die DNB reeds had als uitvoerder van het DGS. Door het toepassen van de resolutiebevoegdheden kunnen kritieke functies gecontinueerd worden, bijvoorbeeld door gegarandeerde deposito’s van een falende bank over te dragen aan een andere bank. Het DGS hoeft dan niet tot uitkering over te gaan.
Het is echter lang niet altijd passend om een falende bank in resolutie te brengen. Afwikkelbaarheid is daarom gebaat bij een sterk DGS. De opbouw van het Depositogarantiefonds, dat vooraf gefinancierd wordt door de banken, verkleint het besmettingsgevaar binnen de bancaire sector. De kosten van een DGS-uitkering hoeven immers op dat moment niet op de sector verhaald te worden. De uitkeringstermijn bij een bankfaillissement wordt stapsgewijs teruggebracht naar maximaal zeven werkdagen. Een kortere uitkeringstermijn van het DGS biedt spaarders het vertrouwen dat ze snel weer over hun geld beschikken wanneer een bank omvalt.
Het individueel klantbeeld maakt een kortere uitkeringstermijn mogelijk
De verkorting van de uitkeringstermijn betekent voor banken dat zij in staat moeten zijn om sneller inzicht te geven in deposito’s van iedere klant (individueel klantbeeld, IKB). Daarom werkt DNB aan een nieuwe aanpak waarbij banken op een uniforme wijze dergelijke overzichten opstellen. Op basis van deze klantbeelden kan DNB niet alleen snel en nauwkeurig het uit te keren bedrag vaststellen, het geeft ook informatie die waardevol is voor de resolutietaak. Het IKB biedt een gedetailleerd inzicht in de structuur van de bij een bank aangehouden deposito’s, informatie die noodzakelijk is voor het opstellen en bijhouden van resolutieplannen.
De opbouw gaat verder
Als onderdeel van de Europese bankenunie blijft DNB de komende jaren werken om banken steeds beter afwikkelbaar te maken. De recente problemen met banken in het eurogebied laten zien dat hier nog een weg te gaan is. DNB zet in op het consistenter maken van de Europese resolutiekaders zoals die in de praktijk gevolgd worden en steunt nieuwe regelgeving, zoals het initiatief van een Europees DGS (EDIS), die de afwikkelbaarheid van banken verder kan versterken.