Private schulden in Nederland en het eurogebied zijn hoog
In Nederland bedroeg de schuld van huishoudens in 2017 107 procent van het bbp en die van niet-financiële bedrijven 113 procent van het bbp. Daarmee is het schuldniveau in Nederland, vergeleken met dat in het eurogebied (schuld van huishoudens: 58 procent; schuld van niet-financiële bedrijven: 83 procent), hoog.
Als in de toekomst de rente zal stijgen, rijst de vraag in hoeverre de private schuldniveaus minder houdbaar worden.
Het effect van een stijgende rente
Een toename van de marktrente werkt niet meteen door op de gemiddelde rente die huishoudens en bedrijven betalen. Deze gemiddelde rente hangt onder andere af van de looptijd en de
renteafspraken over de schuld. Daarmee wordt in onze achterliggende analyse rekening gehouden door naar gemiddelde betaalde rentes te kijken. Hieruit blijkt dat een stijging van de korte rente met 25 basispunten (bp) na zeven kwartalen bijna volledig is doorgegeven in de gemiddelde rente voor niet-financiële bedrijven. Het effect voor huishoudens is kleiner, doordat de rente voor huishoudens doorgaans voor een langere periode wordt vastgezet.
Om een indruk te krijgen van de mate waarin private schulden gedragen kunnen worden, berekent de Bank for International Settlements (BIS) deze terugbetalingscapaciteit aan de hand van schuldfinancieringsratio’s. Deze meten de verhouding tussen de totale schuldbetalingen – bestaande uit aflossingen plus rente – en het bruto besteedbaar inkomen van de sector. Hoe hoger deze ratio, des te kleiner de terugbetalingscapaciteit en des te harder een renteverhoging zal aankomen. Onze DNB-analyse, op basis van de BIS-methode, simuleert de effecten van een toename van de korte rente met 200 basispunten gedurende twee jaar. Dit is een fictief en extreem scenario. Hiervoor is gekozen om een goed beeld te krijgen van de gevolgen van substantieel gewijzigde financiële condities. Ook nemen we aan dat de verhouding schuld/inkomen constant blijft in de toekomst. Alle mutaties in de schuldfinancieringsratio’s worden dus veroorzaakt door rentewijzigingen.
Vooral bedrijven zijn kwetsbaar voor stijgende rentes
Onze berekeningen laten zien dat de schuldfinancieringsratio’s vooral voor niet-financiële bedrijven snel naar het niveau tijdens de crisis bewegen (figuur 1a). In het eurogebied bereikt de verhouding in 2021 het niveau van tijdens de eurocrisis (2012). In Nederland is de toename trager en blijft de verhouding onder de piekniveaus in de eerste jaren van deze eeuw. Desalniettemin wordt de recent ingezette daling grotendeels teniet gedaan.