Als een geregistreerde cryptodienstverlener (partij A) transacties verricht met een niet in de EU geregistreerde cryptodienstverlener (partij B), onderkent zij dit risico en neemt zij een risico-scenario op in de integriteitsrisicoanalyse die zij ingevolge artikel 2b van de Wwft dient op te stellen. Gedacht kan worden aan het risico dat partij B crypto’s verkoopt die verkregen zijn door criminele activiteiten, bijvoorbeeld omdat partij B geen cliëntenonderzoek conform de vereisten van de Europese anti-witwasregelgeving uitvoert.
Zoals bij andere scenario’s benoemt partij A ook hier adequate risico-mitigerende maatregelen (bijvoorbeeld ‘counterparty due diligence’), waarbij het inherent verhoogde risico op witwassen / terrorismefinanciering bij het zaken doen met een niet in de EU geregistreerde aanbieder in acht wordt genomen.
DNB kan controleren of partij A dit risico op adequate wijze benoemd heeft in de integriteitsrisicoanalyse, en of zij voorzien heeft in voldoende risico-mitigerende maatregelen. Wanneer DNB tekortkomingen constateert kan zij handhavend optreden.