Verouderde browser

U gebruikt een verouderde browser. DNB.nl werkt het beste met:

Q&A Elektronische identificatiemiddelen en cliëntidentificatie

Vraag:

Kunnen instellingen als bedoeld in artikel 1d eerste lid onder a Wet ter voorkoming van witwassen en het financieren van terrorisme (Wwft) voor de verificatie van de identiteit gebruik maken van elektronische identificatiemiddelen (eID-middelen), teneinde te voldoen aan de verplichtingen uit de Wwft?

Antwoord:

Ja, indien het gebruikte eID-middel voldoende betrouwbaar is. Een eID-middel is voldoende betrouwbaar wanneer deze voldoet aan het betrouwbaarheidsniveau ‘substantieel’ of ‘hoog’. Deze betrouwbaarheidsniveaus zijn gedefinieerd in de eIDAS-verordening. Instellingen die in het kader van het uitvoeren van de vereiste cliëntonderzoeksmaatregelen een eID-middel overwegen te accepteren, stellen dus zelf vast, of door een ter zake deskundige, of het eID-middel in kwestie een voldoende betrouwbaar identificatiemiddel is als hiervoor bedoeld.

DNB heeft op basis van de Wwft geen rol bij de toetsing van specifieke eID-middelen aan de betrouwbaarheidsniveaus gedefinieerd in de eIDAS-verordening, voorafgaand aan het gebruik ervan. Op basis van haar bevoegdheden uit de Wwft ziet DNB, als onderdeel van het doorlopend (en risico-gebaseerd) toezicht, toe op het cliëntenonderzoek. Op basis daarvan kan DNB risico-gebaseerd beoordelen of instellingen die eID-middelen gebruiken voor de identificatie en verificatie van cliënten, of overwegen dat te doen, zich houden aan de daarvoor geldende voorwaarden. Dit laat onverlet dat de instelling te allen tijde zelf verantwoordelijk blijft voor de naleving van deze voorwaarden.

Relevante wet- en regelgeving

Deze Q&A heeft betrekking op de volgende wet- en regelgeving:

  • Artikel 11 lid 1 Wwft: Indien de cliënt, de insteller van een trust, de trustee van een trust, de vennoot van een personenvennootschap of de persoon bevoegd inzake het beheer van de personenvennootschap een natuurlijke persoon is, wordt diens identiteit geverifieerd aan de hand van documenten, gegevens of inlichtingen uit betrouwbare en onafhankelijke bron. Bij ministeriële regeling kunnen documenten, gegevens of inlichtingen worden aangewezen op basis waarvan kan worden voldaan aan het in de vorige zin bepaalde.
  • Artikel 4 lid 1 sub H Uitvoeringsregeling Wwft: Als documenten op basis waarvan kan worden voldaan aan artikel 11, eerste lid, eerste volzin, van de wet worden aangewezen: (…) een voldoende betrouwbaar identificatiemiddel.
  • eIDAS-verordening (Verordening (EU) nr. 910/2014)