Prudentiële eisen
De Pensioenwet (voor ondernemingspensioenfondsen en bedrijfstakpensioenfondsen), de Wet verplichte beroepspensioenregeling (voor beroepspensioenfondsen) en de op deze wetten gebaseerde lagere regelgeving stellen aan het pensioenfonds prudentiële eisen op de volgende terreinen (dit betreft geen volledige opsomming):
- de betrouwbaarheid van beleidsbepalers
- de deskundigheid van beleidsbepalers
- de integere bedrijfsvoering
- de beheerste bedrijfsvoering
- de uitbesteding van werkzaamheden
- de inhoud van de actuariële en bedrijfstechnische nota (abtn)
- het (minimaal) vereist eigen vermogen
- de technische voorzieningen
- de financiering van de voorwaardelijke toeslagverlening.
Materiële eisen
De Pensioenwet (voor ondernemingspensioenfondsen en bedrijfstakpensioenfondsen), de Wet verplichte beroepspensioenregeling (voor beroepspensioenfondsen) en de op deze wetten gebaseerde lagere regelgeving stellen aan het pensioenfonds materiële eisen op de volgende terreinen (dit betreft geen volledige opsomming):
- de inhoud van de uitvoeringsovereenkomst (tussen werkgever en pensioenfonds)
- de inhoud van het pensioenreglement (tussen pensioenfonds en deelnemers)
- de inhoud van de statuten van het pensioenfonds
- de samenstelling van het pensioenfondsbestuur
- de aanwezigheid en samenstelling van een deelnemersraad en verantwoordingsorgaan
- waardeoverdracht
- gelijke behandeling (bijvoorbeeld van mannen en vrouwen).
Nadere uitwerking eisen
De eisen zijn in de lagere regelgeving nader uitgewerkt en betreffen operationele, technische en financiële aspecten van het pensioenfonds. Bij die uitwerking is rekening gehouden met de verschillende risico´s die worden gelopen.