Verouderde browser

U gebruikt een verouderde browser. DNB.nl werkt het beste met:

Voorbeelden waarin DNB de kandidaat geschikt vond

Factsheet

Gepubliceerd: 25 april 2017

Bekijk eerdere versies in het archief

De voorbeelden zijn bedoeld om meer inzicht te krijgen in de overwegingen van De Nederlandsche Bank (DNB), zodat kandidaten en ondernemingen beter weten wat belangrijk is voor de toetsing.

Specifieke expertise, geen kennis en ervaring in financiële sector

Een kandidaat werd voorgedragen als commissaris bij een grote verzekeraar. Uit de aangeleverde documentatie bleek dat de kandidaat specifieke IT-expertise moest brengen die nog ontbrak in de RvC. De specifieke expertise bleek duidelijk uit het cv. De kandidaat had geen ervaring in de financiële sector. Dat werd onderkend in de documentatie. In het dossier werd omschreven wat de kandidaat al had gedaan om zich (basis)kennis van de sector, kennis van de onderneming en verzekeringstechnische kennis eigen te maken. Ook was omschreven hoe en bij wie deze kennis in het collectief was geborgd. De kandidaat had, naast gesprekken met de voorzitters van de RvC en RvB, gesprekken gevoerd met de voorzitter van de Risk & Auditcommissie, de CFO en de CRO. Ook was hij al bezig met een intern opleidingsprogramma, met daarin aandacht voor riskmanagement, Solvency II en wetgeving. Deze opleiding zou hij binnen zes maanden afronden. Daarnaast had de kandidaat twee RvC-vergaderingen als toehoorder bijgewoond en voorafgaand daaraan de stukken doorgenomen en doorgesproken met onder meer de actuaris en de riskmanager. Op basis van het vooronderzoek had DNB een duidelijk beeld van de kandidaat en het collectief. De verzekeringstechnische en financiële kennis was ruim aanwezig bij de overige leden van het collectief. Bij de onderneming waren er geen bijzondere omstandigheden. DNB heeft een positief besluit genomen zonder dat een gesprek heeft plaatsgevonden.

Invloed formele maatregelen onderneming op toetsing

Een kandidaat werd voorgedragen als bestuurder bij een trustkantoor waar een bestuurlijke boete en een aanwijzing waren opgelegd. De tekortkomingen die hieraan ten grondslag lagen konden de kandidaat niet worden toegerekend. Vanuit het toezicht was de kandidaat al goed bekend bij DNB als bestuurder van de moedermaatschappij van dit trustkantoor. De kandidaat had vanuit die functie in nauw overleg met DNB een stevige aanpak ingezet en ging deze aanpak verder implementeren bij de dochteronderneming. De kandidaat is geschikt bevonden zonder dat een toetsingsgesprek heeft plaatsgevonden.

Tijdsbesteding

Een kandidaat had naast haar commissariaat een op het eerste gezicht veeleisende baan in een andere sector en werd daarom uitgenodigd voor een gesprek. Tijdens het toetsingsgesprek bleek de kandidaat zeer goed op de hoogte te zijn van de ontwikkelingen binnen de onderneming en van Solvency II. Bovendien gaf de kandidaat voorbeelden van extra werkzaamheden die zij uit interesse verrichtte, zoals als toehoorder het bijwonen van commissievergaderingen waar zij geen deel van uitmaakte. Kortom, het bleek dat de kandidaat voldoende tijd had om haar functie van commissaris naar behoren te vervullen. De kandidaat is geschikt bevonden.

Ruime buitenlandse ervaring

Een beoogd bestuurder van een verzekeringsmaatschappij met een ruime ervaring bij verschillende buitenlandse verzekeraars werd gevraagd naar zijn visie op de Nederlandse verzekeringsmarkt. Zijn antwoord was een aangename verrassing en liet een goede voorbereiding zien. Hij kende de Nederlandse verzekeringsmarkt, beschreef de strategie van de verzekeraar en kon goed uitleggen hoe hij daarmee om zou gaan in zijn rol als bestuurder. Het internationale perspectief van de kandidaat leverde een duidelijke toegevoegde waarde op binnen het collectief. De kandidaat is geschikt bevonden.

Toegevoegde waarde aan het collectief

Het cv van een kandidaat gaf blijk van organisatorische en bestuurlijke vaardigheden, maar niet van inhoudelijke kennis over pensioenen. De kandidaat werd uitgenodigd voor een toetsingsgesprek. Aan de start van het gesprek nam de kandidaat het initiatief en gaf goed onderbouwde antwoord op vragen over organisatorisch beleid en fonds specifieke kenmerken. Gedurende het gesprek gaf de kandidaat duidelijk aan wat beter kon en wat haar rol hierin werd. De inhoudelijke kennis over pensioenen kon (tijdelijk) binnen het collectief goed gecompenseerd worden door andere bestuurders. De kandidaat is geschikt bevonden.

Motivatie voor afwijkende carrièrestap

Een bestuurder van een dochteronderneming van een grote financiële onderneming met een gedegen carrière stapte over naar een veel kleinere financiële onderneming in dezelfde sector. Hoewel het dossier er goed gedocumenteerd uitzag, werd niet duidelijk waarom de kandidaat deze overstap wilde maken. De kandidaat werd uitgenodigd voor een toetsingsgesprek. Tijdens het gesprek bleek dat de kandidaat het rustiger aan wilde doen en de opgedane kennis graag wilde inzetten bij een onderneming waar hij nog verschil kon maken. Als de motivatie van de kandidaat voor deze overstap in het dossier was opgenomen, was het niet nodig geweest de kandidaat uit te nodigen voor een toetsingsgesprek. De kandidaat is geschikt bevonden.