EMIR – Actieve rekening

Factsheet

EMIR 3 introduceert een Actieve Rekening Vereiste (Active Account Requirement, AAR) om financiële stabiliteitsrisico's te beperken die samenhangen met overmatige blootstellingen aan systemisch belangrijke derde-land centrale tegenpartijen (Tier 2 CCP's). Deze regelgeving verplicht bepaalde financiële en niet-financiële tegenpartijen om een actieve rekening aan te houden bij EU CCP's. Tegenpartijen dienen ESMA en de nationaal bevoegde autoriteit in kennis te stellen als zij onder het vereiste van een actieve rekening vallen.

Gepubliceerd: 25 juni 2025

Bekijk eerdere versies in het archief

Operationele verplichtingen

Er zijn verschillende operationele verplichtingen verbonden aan de actieve rekening, waaronder het (1) permanent functioneel zijn, met alle benodigde juridische documentatie, IT-verbindingen en interne processen, (2) operationeel in staat zijn om op korte termijn grote volumes transacties af te handelen via de actieve rekening, en (3) alle nieuwe transacties in de relevante derivatenklassen op elk moment via de actieve rekening te kunnen clearen.

Representativiteitsverplichting

Er is ook een representativiteitsverplichting opgenomen in de actieve account verplichting, waarvoor tegenpartijen met minder dan €6 miljard aan geclearde notionele waarde zijn vrijgesteld. Voor de instellingen waar de representativiteitsverplichting van toepassing is, moeten de transacties die via de actieve rekening gecleard worden een representatief minimum van de derivatenportefeuille bevatten.

Rapportageverplichtingen

Instellingen die onder de verplichting van de actieve rekening vallen moeten periodiek rapporteren aan de toegewezen nationale toezichthouder (DNB of de AFM), die deze informatie dan doorstuurt naar ESMA. Elke 6 maanden moeten instellingen:

  • rapporteren over de activiteiten en risico’s binnen de relevante derivatenklassen;
  • bevestigen dat de juridische documentatie, IT-verbindingen en interne processen voor de actieve rekening operationeel zijn; 
  • indien clearing ook plaatsvindt bij een niet-EU CCP (Tier 2 CCP), extra rapporteren over operationele systemen en middelen. 

Clearingleden en cliënten die handelen via een niet-EU CCP, erkend onder Artikel 25 van EMIR moeten jaarlijks rapporteren over hun clearingactiviteiten. Individuele tegenpartijen rapporteren aan de nationale toezichthouder (DNB of AFM) als ze niet onder geconsolideerd toezicht in de EU vallen. Geconsolideerde tegenpartijen rapporteren via hun moederonderneming aan de nationale toezichthouder. Er moet gerapporteerd worden over:

  • het type financiële en niet financiële instrumenten die zijn gecleard;
  • gemiddelde geclearde volumes per jaar, per EU-valuta en per activaklasse;
  • de ingezette marges en bijdragen aan het default fonds;
  • de grootste betaalverplichtingen binnen de clearingactiviteiten. 

De nationale toezichthouders sturen deze informatie door naar ESMA en het Joint Monitoring Mechanism.

Disclaimer

Voor een nadere toelichting op de status van deze uiting kunt u de Leeswijzer beleidsuitingen DNB raadplegen.