Interview met Klaas Knot in het Algemeen Dagblad
In een interview van Hans van Soest en Peet Vogels van het Algemeen Dagblad ging Klaas Knot in op de inflatie in Nederland. ‘Een paar jaar hebben mensen echt moeten interen. Maar dit jaar zijn de lonen fors gestegen. En hoewel niet ieders situatie hetzelfde is, ligt het ergste duidelijk achter ons.’
Gepubliceerd: 21 maart 2025

© DNB
Het interview is geplaatst op 20 maart 2025 en is hier te vinden: We mogen minder somberen, zegt DNB-president: ‘Dit is niets vergeleken met jaren 70' | Politiek | AD.nl
De tekst van het interview kunt u ook hieronder lezen.
We mogen minder somberen, zegt DNB-president: ‘Dit is niets vergeleken met jaren 70'
Klaas Knot neemt na veertien jaar afscheid bij De Nederlandsche Bank. Bij zijn aanstaande vertrek wil hij Nederland iets meegeven: we mogen wel eens wat minder somberen. Neem de hoge prijzen in de supermarkt: ‘Nu de lonen stijgen, kunnen mensen die hogere prijzen ook betalen.’
Als Klaas Knot op zaterdagochtend boodschappen doet, schrikt hij net zo goed van de prijzen als ieder ander. ‘Kijk alleen al hoe de prijs van koffie omhoog is geschoten’, zegt hij. Nou hoeft hij er met zijn salaris als de president van De Nederlandsche Bank (DNB) geen kopje koffie minder om te drinken. ‘Maar ik snap heel goed dat mensen zich zorgen maken.’
Veel Nederlanders hebben last van de dure boodschappen. Politici eisen maatregelen tegen de prijs van bijvoorbeeld het potje appelmoes, die hier veel hoger ligt dan in de ons omringende landen. Maar Knot moet toch iets van het hart: ja, de inflatie is te hoog in Nederland, ‘maar de lonen zijn fors gestegen dit jaar’.
‘En ik weet: niemand is gemiddeld. Maar ook met de duurdere boodschappen gaan alle inkomensgroepen er gemiddeld nog steeds in koopkracht op vooruit dit jaar. Alleen de dure kassabon zien we elke dag en ons hogere loonstrookje maar een keer per maand.’
Waarom zijn de prijzen zo hoog?
‘De Nederlandse economie draait net iets beter dan andere economieën. Er is meer vraag naar goederen en diensten dan er beschikbaar is. Dan stijgen de prijzen. Ook is onze arbeidsmarkt krapper, waardoor de lonen hier sneller stijgen. Maar de inflatie wordt ook door de overheid gecreëerd. Accijnzen en huren zijn verhoogd.’
‘Als het kabinet dit voorjaar afziet van een verdere btw-verhoging, bijvoorbeeld, dan zullen de prijzen minder hard doorstijgen. De andere oorzaak van inflatie - onze overspannen economie - is niet een-twee-drie opgelost. We verwachten dat de inflatie hier nog twee jaar hoger is dan elders.’
Dus nog twee jaar de tanden op elkaar?
‘Een paar jaar hebben mensen echt moeten interen. Maar dit jaar zijn de lonen fors gestegen. En hoewel niet ieders situatie hetzelfde is, ligt het ergste duidelijk achter ons. Ik kan mensen niet beloven dat de prijzen ooit weer zullen dalen, want dat doen ze meestal niet. Maar nu de lonen het been bijtrekken, kunnen mensen die hogere prijzen ook betalen.’
Toch waarschuwde u eerder voor de looneis van de FNV van 7 procent.
‘Dat was de looneis. Inmiddels zijn er heel veel cao’s afgesloten. De gemiddelde loonstijging ligt op 4 à 4,5 procent. Wij verwachten voor de komende jaren nog zo’n 3 à 3,5 procent inflatie. Dus dan is de reële loonstijging gemiddeld 1 procent. Dat kan de economie prima hebben’
‘Waar ik voor waarschuwde, is de lonen niet te veel te verhogen. Dan weet je namelijk dat je alleen maar een extra rondje inflatie aanwakkert. Al die werknemers in bijvoorbeeld de horeca of bij de kappers: we zien hun hogere lonen al snel terug in hogere prijzen. En dat willen we nou juist niet.’
In het kabinet wordt gesproken over extra koopkrachtmaatregelen. Zegt u nou dat die niet nodig zijn?
‘Nee, dat zeg ik niet. Vanuit mijn rol waarschuw ik de politiek geen maatregelen te nemen die de inflatie weer opjagen en goed na te denken waar het geld aan wordt uitgegeven. Bijvoorbeeld lagere btw en accijnzen dempen de inflatie. Maar de vraag of burgers meer koopkracht moeten krijgen nu de koopkracht al verbetert, is echt aan de politiek.’
Veertien jaar is Klaas Knot president van De Nederlandsche Bank (DNB). Eind juni neemt hij afscheid. In zijn termijn maakte hij al de nodige crises mee die de economie onderuit dreigden te halen. Een bankencrisis, een pandemie en de Russische inval in Oekraïne, waarna de gasprijzen omhoogschoten. In het laatste DNB-jaarverslag dat Knot presenteert, waarschuwt hij alweer voor nieuwe onweerswolken: een handelsoorlog, oplopende internationale spanningen en gerichte cyberaanvallen die de samenleving en economie kunnen ontwrichten.
Wat we wel kunnen doen, is zorgen dat onze economie een klap kan opvangen met een buffer, zoals met corona
Knot: ‘Om onze veiligheid te waarborgen, moeten de uitgaven aan defensie fors omhoog. Dat kan weer een volgende economische schok veroorzaken. Als de overheid meer gaat uitgeven, kan dat weer voor een inflatiegolf zorgen. Dat is een zorg’
‘En bijvoorbeeld de onzekerheid die de Amerikaanse regering creëert rondom importtarieven, kan ertoe leiden dat mensen hun bestedingen uitstellen. Je ziet het al in de Verenigde Staten: consumentenbestedingen lopen terug, de beurs is ingezakt, ondernemersvertrouwen neemt af. Dat kan overslaan naar Europa. Tegelijk kan al het extra geld voor defensie ook een behoorlijke stimulans voor onze economie zijn die veel nieuwe innovaties oplevert.’
Hoe kan Nederland zich daarop voorbereiden?
‘We kunnen ons niet wapenen tegen geopolitieke risico’s. Die spoelen gewoon over ons land heen. Wij zijn het kleine bootje op de woelige wateren. Maar wat we wel kunnen doen, is zorgen dat onze economie een klap kan opvangen met een buffer, zoals met corona.’
‘Helaas kent onze economie steeds meer knelpunten. Er zijn te weinig woningen. Er zijn problemen met het openbaar vervoer. Met het elektriciteitsnet. Het stikstofprobleem. Er is te weinig personeel. En als de economie niet groeit, zullen we nooit die defensie-uitgaven kunnen verhogen. Sommige van die knelpunten vragen om flinke investeringen.’
Is dat voldoende?
‘Nee. Uiteindelijk zal de politiek keuzes moeten maken om de schaarste in ons land te verdelen. Er is gebrek aan grond, aan stikstofruimte, aan schoon water. Dus moeten er gewoon keuzes gemaakt worden. Als econoom zeg ik: beprijs schaarse goederen. Dan blijven de sterkste bedrijven over. Zo kunnen we een bedrijf dat heel veel drinkwater gebruikt daar meer voor laten betalen. Zo zetten we onze middelen zo effectief mogelijk in en blijven alleen die bedrijven over die de hoogste toegevoegde waarde aan de economie hebben.’
Doet dit kabinet voldoende?
‘Het is niet aan mij om politieke oordelen te vellen. Maar een aantal van de knelpunten hebben we al jaren. Neem het stikstofprobleem: al sinds 2019 is er niets wezenlijks veranderd. En dat is niet alleen de schuld van dit kabinet. Hiervoor zaten er ook andere kabinetten.’
‘Laten we ook niet doen alsof dit allemaal makkelijke keuzes zijn. Als het makkelijk was geweest, waren de problemen al opgelost. Maar dit is wel waar politiek over gaat. Ik denk dat dit kabinet goede voornemens heeft. Maar het wordt wel tijd dat die voornemens ook echt in beleid worden omgezet.’
Heeft u er vertrouwen in dat dat nog lukt?
‘De urgentie wordt groter en groter. We staan voor grote uitdagingen die heel veel geld gaan kosten. Dat moet toch ergens verdiend worden. We kunnen het ons niet veroorloven om knelpunten niet op te lossen. Je kunt de Nederlandse economie niet nog langer op slot laten zitten door het stikstofprobleem.’
‘Of neem de gevolgen van klimaatverandering: we zullen meer last krijgen van overstromingen en bosbranden. Dat kun je niet oneindig voor je uit blijven schuiven. Maar het is wel zo dat de politiek vaak pas in actie komt als de wal het schip begint te keren. Je zou liever langetermijnbeleid willen, maar zo werkt de politiek helaas niet. Maar onder druk wordt alles vloeibaar.’
Met wat voor gevoel verlaat u DNB?
‘Optimistisch. We kijken altijd naar de dingen die niet goed gaan en daar word ik als centralebankpresident ook voor betaald. Maar kijk ook eens naar wat er allemaal wél goed gaat. De inflatie is nog te hoog in Nederland, maar is niets vergeleken met de torenhoge inflatie in de jaren 70. De werkloosheid is historisch laag: er zijn meer vacatures dan werklozen. Vergelijk dat met de beginjaren 80, toen 10 procent van de mensen zonder werk thuis zat. We mogen wel eens wat minder somberen.’
Ontdek gerelateerde artikelen
DNB maakt gebruik van cookies
Om de gebruiksvriendelijkheid van onze website te optimaliseren, maken wij gebruik van cookies.
Lees meer over de cookies die wij gebruiken en de gegevens die we daarmee verzamelen in onze cookie-policy.