DNB en de AFM houden toezicht op de naleving van de Pw (en de uit de Pw voortvloeiende regels). Om effectief toezicht te kunnen houden, heeft DNB een aantal instrumenten tot haar beschikking. Zo heeft DNB de bevoegdheid om inlichtingen in te winnen, om een aanwijzing te geven en om een curator te benoemen.
Doel van een aanwijzing
Een aanwijzing is een opdracht om binnen een door DNB gestelde termijn een bepaalde gedragslijn te volgen, gericht op het beëindigen of ongedaan maken van een overtreding. DNB wil met het geven van een aanwijzing bewerkstelligen dat de ontvanger ervan zich aan bepaalde regels houdt. Veelal zal DNB voordat zij een aanwijzing geeft, eerst een waarschuwing geven.
Wanneer en aan wie kan een aanwijzing worden gegeven?
DNB kan een aanwijzing geven aan een pensioenuitvoerderals de Pensioenwet of de daaronder uitgevaardigde regels wordt overtreden. Daarnaast kan DNB ook een aanwijzing geven aan een pensioenfonds als DNB van mening is dat het eigen vermogen, de solvabiliteit, de liquiditeit of de bedrijfsvoering van het pensioenfonds in gevaar kan komen. In het laatste geval is er nog geen sprake van overtreding van de Pensioenwet (zie artikel 171 Pw).
Wat gebeurt er als een aanwijzing niet wordt opgevolgd?
De Pensioenwet geeft, onder andere, de volgende mogelijkheden als een aanwijzing niet, of niet volledig binnen de gestelde termijn, wordt opgevolgd:
- benoeming van een curator (artikel 172 Pw)
- oplegging van een last onder dwangsom (artikel 175 Pw) of een bestuurlijke boete (artikel 176 Pw)