De richtlijn bevat, net als de eerdere richtlijn, regels over grensoverschrijdende activiteiten van pensioeninstellingen. Zo is het prudentieel toezicht – het toezicht op de financiële positie van de pensioeninstelling – van toepassing van het land waar de pensioeninstelling is gevestigd, ook als deze een regeling uit een ander land uitvoert. Anderzijds blijven het fiscaal recht en het sociale- en arbeidsrecht van het werkland van de werknemers van toepassing op de pensioenregeling die in een andere lidstaat is ondergebracht.
Voor beleggingsvoorschriften van pensioeninstellingen geldt de ‘prudent person regel’. Dat komt erop neer dat de pensioeninstelling moet handelen zoals een voorzichtig, verstandig en zorgvuldig handelend vermogensbeheerder zou doen die in vergelijkbare omstandigheden verkeert. Het betreft open normen, die lidstaten verschillend uitleggen. Nederland stelt overwegend kwalitatieve normen. Deze zijn uitgewerkt in het financieel toetsingskader.
Wat houdt de herziene pensioenrichtlijn in?
Het doel van de richtlijn is het bevorderen van de verdere ontwikkeling van het tweede pijler pensioen in de Europese Unie. De belangrijkste wijzigingen voor Nederland zijn:
- De aanvullende regelgeving voor governance, met de vereisten van integraal risicomanagement, de introductie van sleutelfuncties voor risicobeheer, actuariële functie en interne audit (i.e. de expliciete scheiding van uitvoering en controle op de uitvoering), en de toevoeging van een verplichte, minimaal driejaarlijks uit te voeren eigenrisicobeoordeling;
- De verduidelijking van het proces van grensoverschrijdende waardeoverdrachten versterkt de bescherming van de rechten van werknemers. Zo introduceert de richtlijn criteria waarmee DNB een collectieve waardeoverdracht van een Nederlandse pensioenregeling naar een pensioeninstelling in een andere lidstaat kan toetsen en zo nodig tegenhouden.
- Daarnaast introduceert de richtlijn enkele aanvullende informatievoorschriften. Zo moeten pensioeninstellingen relevante informatie over het beloningsbeleid openbaar maken en uitbestede taken melden aan de toezichthouder.