Verouderde browser

U gebruikt een verouderde browser. DNB.nl werkt het beste met:

Toepassing volatiliteitsaanpassing in interne modellen

Q&A

Gepubliceerd: 23 december 2022

Bekijk eerdere versies in het archief

Vraag:

Is het verzekeraars toegestaan de volatiliteitsaanpassing dynamisch te modelleren?

Antwoord:

Ja, verzekeraars is toegestaan de volatiliteitsaanpassing (VA) dynamisch te modelleren.

Voor de berekening van het kapitaalvereiste aan de hand van een intern model moeten verzekeraars onder meer de technische voorzieningen schatten op één jaar na rapportagedatum. Een verzekeraar mag bij deze berekening gebruik maken van een VA in de rentecurve en zal deze dan in het intern model moeten modelleren. Zowel een constante als een dynamische VA is daarbij toegestaan. Voor het gebruik van een dynamische VA, waarbij de VA meebeweegt met de relevante spreads, zijn voorwaarden van toepassing.

DNB zal bij een intern model applicatie per geval beoordelen of een verzekeraar voldoet aan de vereisten van de Richtlijn Solvabiliteit II met betrekking tot interne modellen.

DNB zal ten aanzien van de VA beoordelen of de risico’s en onzekerheden met betrekking tot de modellering, de brongegevens de parameters en de resulterende kapitaalvereisten (SCR) adequaat worden meegenomen in de modellering en het risicobeheer. De documentatie bij de applicatie voor een intern toont aan aan dat deze risico’s en onzekerheden expliciet zijn meegenomen of ten minste impliciet door bijvoorbeeld de beperking van (de applicatieratio van) de VA. Alle modelonderdelen rond de VA moeten hierbij worden betrokken.

DNB zal bij de beoordeling van de VA de modellering van risico’s voortvloeiend uit staatsobligaties betrekken. Uitgangspunt hierbij is dat een verzekeraar in zijn intern model risico's van staatsobligaties ('sovereign exposures') betrekt en daarbij rekening houdt met de wijze waarop de VA is gemodelleerd. Indien een verzekeraar kiest voor een intern model met een dynamische VA dan dient de verzekeraar in het intern model de risico’s voortvloeiend uit staatsobligaties en andere spreadgevoelige beleggingen volledig mee te nemen.

In het bijzonder zal DNB beoordelen of de volgende punten in de modellering, het risicobeheer en de publieke rapportage rond de VA op passende wijze zijn betrokken.

Modellering

  • De verzekeraar onderbouwt en kwantificeert de schattingen van de VA in de verschillende scenario’s (waaronder de aanpassing voor kredietrisico (CRA)).
  • De verzekeraar betrekt in de modellering van een dynamische VA ten minste de volgende onderdelen:
    • de correlaties tussen kredietrisico en andere risicofactoren in de verschillende scenario’s zoals spread narrowing en spread widening; en
    • de representatieve portefeuille van vastrentende waarden en de referentieportefeuille van indices voor het berekenen van de VA, rekening houdend met verschillen met de eigen portefeuille, en rekening houdend met mogelijke veranderingen in deze portefeuilles (‘flight to quality’) die in uitzonderlijke omstandigheden kunnen ontstaan.

Risicobeheer

  • De verzekeraar onderbouwt dat de modellering van de VA prikkels bevat voor goed risicobeheer en de verzekeraar geeft een toelichting op de wijze waarop de verzekeraar deze prikkels betrekt in het risicobeheer.
  • De verzekeraar betrekt in zijn risicobeheer op consistente wijze de risico’s voortvloeiend uit de eigen beleggingen en de risico’s voortvloeiend uit de representatieve portefeuille en de referentieportefeuille die worden gebruikt om de VA te berekenen.
  • De verzekeraar valideert de modellering van de VA mede aan de hand van een voldoende granulaire bronnenanalyse, inclusief een kwantificering van het verschil van een dynamische VA en een constante VA.
  • De verzekeraar beschouwt een verandering in de modellering van de VA als een ingrijpende wijziging in de zin van artikel 114(2)(b) van de Richtlijn Solvabiliteit-II.
  • De verzekeraar houdt in zijn risicobeheer expliciet rekening met de situatie dat de verlaging van de gemodelleerde, dynamische VA tot nul zou resulteren in niet-naleving van de kapitaalvereisten , en beschikt over een analyse van de maatregelen die de verzekeraar kan nemen om in een dergelijke situatie het niveau van het in aanmerking komend eigen vermogen ter dekking van de SCR te herstellen of het risicoprofiel te verlagen om de naleving van kapitaalvereisten te herstellen.
  • De verzekeraar licht de gevoeligheid van de technische voorzieningen en in aanmerking komend eigen vermogen toe voor de aannames van de berekening van de VA, en het mogelijke effect van een gedwongen verkoop van activa op het in aanmerking komend eigen vermogen.

Publieke rapportage

  • De verzekeraar licht in de publieke rapportage toe:
    • het effect van de VA, inclusief het effect op de omvang van de technische voorzieningen, de SCR, de MCR, het in aanmerking komend eigen vermogen; en
    • de methode en onderliggende aannames van een dynamische VA.

Overeenkomstig artikel 37(1)(d) van de Richtlijn Solvabiliteit-II kan DNB, als zij tot de conclusie komt dat het risicoprofiel van de verzekeraar significant afwijkt van de aannames die ten grondslag liggen aan de volatiliteitsaanpassing, op grond hiervan een kapitaalopslagfactor overwegen.

Grondslagen:

  • Artikel 37 (Kapitaalopslagfactor), Richtlijn Solvency II
  • Artikel 44 (Risicobeheer), Richtlijn Solvency II
  • Artikel 51 (Publieke rapportage), Richtlijn Solvency II
  • Artikel 114 (Wijzigingen interne modellen), Richtlijn Solvency II
  • Artikel 120 (Gebruikstest intern model), Richtlijn Solvency II
  • Artikel 121 (Statistische kwaliteitsnormen intern model), Richtlijn Solvency II

Ontdek gerelateerde artikelen