Convenant ter voorkoming van ongeoorloofde samenloop van bestuurlijke en strafrechtelijke sancties

Factsheet

Indien een overtreding van een financiële wet ook een strafbaar feit is, moet op grond van het una via-beginsel een keuze worden gemaakt tussen bestuursrechtelijke of strafrechtelijke afdoening. In het Convenant ter voorkoming van ongeoorloofde samenloop van bestuurlijke en strafrechtelijke sancties is deze afstemmingsprocedure tussen het Openbaar Ministerie, de Financiële Inlichtingen en Opsporingsdienst (FIOD) en DNB vastgelegd.

Gepubliceerd: 15 januari 2007

Bekijk eerdere versies in het archief

Bij sommige bepalingen van financiële wetgeving kan er zowel een strafrechtelijke sanctie als een bestuurlijke boete worden opgelegd, dit geldt voor zogenoemde ‘economische delicten’. Het una via-beginsel is vastgelegd in artikel 243 van het Wetboek van Strafvordering en in artikel 5:44 van de Algemene wet bestuursrecht.

Hieruit volgt dat een bestuurlijke boete ter zake van een overtreding niet meer kan worden opgelegd als een strafvervolging is ingesteld en het onderzoek ter terechtzitting is begonnen, dan wel een strafbeschikking is uitgevaardigd. Ook bepaalt het una via-beginsel dat strafvervolging voor een overtreding niet meer mogelijk is zodra een bestuurlijke boete voor dit feit is opgelegd.

Om samenloop van zowel bestuursrechtelijke als strafrechtelijke handhaving te voorkomen, is onderlinge afstemming op grond van het Convenant belangrijk.