Het primaire inkomenssaldo, dat onder meer bestaat uit grensoverschrijdende winsten, lonen, en rentes, kwam in het tweede kwartaal uit op een negatief bedrag van € -8,5 miljard, € 5,2 miljard lager dan een jaar eerder. Zo'n € 3 miljard daarvan betreft de grensoverschrijdende lonen. Nederlandse bedrijven betalen al jaren structureel meer loon aan buitenlandse werknemers, dan buitenlandse bedrijven aan Nederlandse huishoudens.
De winsten van buitenlandse dochters van Nederlandse bedrijven daalden met € 5,3 miljard, terwijl Nederland wel € 1,5 miljard euro meer uitkeerde aan buitenlandse eigenaren dan in hetzelfde kwartaal vorig jaar.
Het rentebeeld had afgelopen kwartaal een positief effect op het saldo lopende rekening: de inkomsten namen toe (€ 2,0 miljard) en de betalingen namen af (€ 1,2 miljard) ten opzichte van een jaar eerder.
Extern vermogen gedaald
De netto externe vermogenspositie bestaat uit het saldo van alle claims van Nederland op het buitenland enerzijds, en claims van het buitenland op Nederland anderzijds.
Deze netto externe vermogenspositie van Nederland was medio 2024 € 469,4 miljard. Dat is 4,7% lager dan een kwartaal eerder. Een van de redenen achter deze daling waren de beursontwikkelingen: stijgende koersen zorgden voor een toename van de claim van buitenlandse eigenaren op Nederlandse niet-financiële bedrijven van € 34,8 miljard.
Tevens was er afgelopen kwartaal een sterke afname van € 37 miljard in de vordering van De Nederlandsche Bank op andere centrale banken, ook wel het TARGET2-saldo genoemd. Ook dit zorgt voor een daling van het netto extern vermogen.
Ook het monetair goud van DNB is onderdeel van het extern vermogen. Door de sterke stijging van de goudprijs nam de waarde van het monetair goud toe met € 2,6 miljard, tot € 43,1 miljard.