In het MOB van 16 mei is, onder andere, gesproken over:
- het aanpakken van de ongewenste gevolgen van de-risking op de toegang van betaaldiensten,
- de voortgang van het programma van de banken om de toegankelijkheid van betaaldiensten te verbeteren,
- het nakomen van de afspraken uit het Convenant Contant Geld, en
- het aanbieden van de MOB-jaarrapportage 2023 aan de minister van Financiën.
Aanpak van ongewenste gevolgen van de-risking nog niet voldoende voelbaar
In november 2022 riep het MOB de banken en sectoren op om nauwer samen te werken om de ongewenste maatschappelijke gevolgen van ‘de-risking’ op de toegang tot betaaldiensten voor zakelijke betaaldienstgebruikers aan te pakken. Ondanks de inspanningen van de betrokken partijen en de geboekte voortgang constateert het MOB dat zijn eerdere verwachting dat de positieve effecten in het afgelopen half jaar voor ondernemers voelbaar zouden worden, nog onvoldoende is uitgekomen. MOB-partijen blijven zich daarom inspannen om tot een gerichtere en meer risicogebaseerde anti-witwasaanpak te komen. Zo stelt de NVB, in overleg met de andere betrokken partijen in het MOB en DNB, een nieuwe Industry Baseline op over het gebruik van contant geld. Ook dragen MOB-partijen bij aan de maatschappelijke verkenning naar een basisbetaalrekening voor zakelijke partijen. Voorts doet DNB aanvullend onderzoek naar de (on)tevredenheid van ondernemers over zakelijke betaaldiensten, waarbij er specifiek gekeken wordt naar de effecten van de-risking. Dit om de op dat vlak ervaren problemen scherper te duiden en beter aan te kunnen pakken. Daarnaast verkennen Betaalvereniging Nederland en Verenigde Betaalinstellingen Nederland (VBIN) de mogelijkheden om de specifieke problemen waar betaalinstellingen qua de-risking bij de banken tegenaan lopen op te lossen.
Goede voortgang programma “Toegankelijk Bankieren” van de banken
Het voor iedereen toegankelijk houden van het betalingsverkeer is een speerpunt van het MOB. Anderhalf jaar geleden riep het MOB de banken op om meer prioriteit te geven aan het verbeteren van de toegankelijkheid van betaaldiensten. Dit naar aanleiding van DNB-onderzoek waaruit bleek dat ruim 1 op de 6 volwassen Nederlanders – 2,6 miljoen mensen – bank- en betaaldiensten niet zelfstandig uitvoert. De banken hebben gehoor gegeven aan de oproep van het MOB. Zij hebben in het programma ‘Toegankelijk Bankieren’ gezamenlijk – en waar mogelijk samen met maatschappelijke organisaties en bibliotheken – verschillende activiteiten ontplooid om hun bank- en betaaldiensten beter toegankelijk te maken voor mensen in kwetsbare posities.
Het MOB constateert dat de banken in het gezamenlijke programma, maar ook individueel, het afgelopen halfjaar goede voortgang hebben geboekt. Het MOB meent dat de combinatie van gezamenlijke en bankindividuele activiteiten noodzakelijk is om de medio 2023 in het MOB afgesproken ambitieniveaus te halen. In de volgende MOB-vergadering op 14 november as. zullen de resultaten van een eerste tussenmeting aantonen of het inderdaad de goede kant op gaat. In mei 2026 moeten de ambitieniveaus daadwerkelijk gehaald zijn. Naast hun inspanningen om de toegankelijkheid van hun betaaldiensten te verbeteren, gaan de banken met de maatschappelijke organisaties in het MOB alvast in overleg hoe de voor het programma “Toegankelijk Bankieren” doorgevoerde verbeteracties voor de langere termijn – dat wil zeggen voor na 2026 – verankerd kunnen worden. Het MOB bespreekt op 14 november de voorstellen daarvoor. Daarnaast hebben de koepels van consumenten in kwetsbare posities in het MOB aandacht gevraagd voor de benodigde financiële middelen voor hun inzet bij de verbeteracties.
Betere beschikbaarheid geldautomaten
Het MOB heeft, net als in zijn laatste vergaderingen, besproken in hoeverre de betrokken partijen de afspraken uit het Convenant Contant Geld naleven. In het eerste kwartaal van dit jaar werd voldaan aan vrijwel alle Convenantnormen voor wat de aantallen, spreiding en beschikbaarheid van Geldmaat-automaten betreft. Het MOB is daar blij mee, hoopt dat de behaalde performanceverbeteringen doorzetten en houdt onverminderd oog voor de naleving van de Convenantafspraken. Een (andere) Convenantafspraak is dat de banken en retailorganisaties zich ervoor inzetten om zo snel en breed mogelijk digitale terugvalopties voor pinnen in te voeren. Het MOB constateert dat daar nog onvoldoende voortgang op geboekt is en vraagt hier aandacht voor. Contant geld is nu nog steeds de belangrijkste terugvaloptie tijdens een landelijke pinstoring. Echter, vanwege het in de loop der jaren afgeschaalde geldautomatenpark kan contant geld tijdens zo’n storing enkel nog als gedeeltelijke terugvaloptie fungeren. Daarom zijn breed inzetbare digitale terugvalopties nodig.
Aanbieden MOB-jaarrapportage 2023 aan minister van Financiën
De jaarrapportage beschrijft wat het MOB in 2023 heeft ondernomen en welke resultaten het geboekt heeft om de maatschappelijke efficiency, veiligheid, betrouwbaarheid en toegankelijkheid van het betalingsverkeer in Nederland te bevorderen. Ook bevat het de speerpunten van het MOB voor dit jaar (2024). Het MOB biedt de jaarrapportage 2023 binnenkort aan de minister van Financiën aan. De minister legt de jaarrapportage vervolgens als gebruikelijk voor aan de Tweede Kamer. Dat zal dit keer vergezeld gaan met een geactualiseerde taakopdracht van het MOB. De vorige is al ruim 20 jaar oud en op enkele punten verouderd.
De MOB-jaarrapportage 2023 en geactualiseerde MOB-taakopdracht zijn op 24 juni 2024 door de minister van Financiën aan de Tweede Kamer aangeboden. De jaarrapportage kan hier en de geactualiseerde taakopdracht kan hier worden gedownload.
Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met de woordvoerder van DNB, dhr. Tobias Oudejans (06 524 96 961).