Samenvatting
De economische opleving blijft zeer krachtig. Naar verwachting bereikt de bbp-groei in 2017
een piek van 3,3%. De aantrekkende wereldhandel is daarvan een belangrijke determinant.
Voor 2018 en 2019 wordt een langzaam afnemende, maar nog steeds boventrendmatige groei
geraamd, van achtereenvolgens 3,1% en 2,3%. De bbp-stijging in 2018 en 2019 wordt grotendeels
bepaald door de binnenlandse bestedingen. De consumptie van huishoudens neemt de
komende twee jaar flink toe, met gemiddeld 2,2% per jaar. De beschikbare inkomens verbeteren
door hogere bruto beloning van werkenden, lagere inkomstenbelasting en sterk aantrekkende
werkgelegenheid. In de komende jaren vertraagt de groei van de bedrijfsinvesteringen, van 7%
dit jaar naar gemiddeld 4,5% per jaar, in lijn met de afnemende bbp-groei. Niettemin zijn
de vooruitzichten voor bedrijven gunstig, gesteund door verbeterde financiële omstandigheden,
een hoge bezettingsgraad en goed gevulde orderportefeuilles. De werkloosheid zet de daling
voort, naar 3,9% van de beroepsbevolking in 2018 en 3,5% in 2019. De economie komt duidelijk in
een fase van hoogconjunctuur.
Het herstel van de huizenprijzen heeft tot nu toe een significante bijdrage aan de economische
groei geleverd, via hogere vermogens van huishoudens, gestegen consumentenvertrouwen en
toegenomen woninginvesteringen. In de raming neemt de huizenprijsstijging geleidelijk wat
af. De woninginvesteringen groeien dit jaar met ruim 11%. In 2018 en 2019 is de geraamde groei
wat rustiger, maar met 8,5% en 7,0% nog steeds stevig. Bouwbedrijven stuiten in toenemende
mate op capaciteitsgrenzen.
De inflatie is voorlopig gematigd, met 1,3% in 2017 en 1,4% in 2018. In 2019 neemt de jaarlijkse
prijsstijging scherp toe naar 2,3%, vooral door de geplande verhogingen van energiebelastingen
en het lage btw-tarief (van 6% naar 9%). Gezien de sterk verbeterde arbeidsmarkt, is de groei
van de contractlonen dit jaar nog gematigd (1,6%). Voor volgend jaar wordt een toename van
2,1% geraamd. Door de krappe arbeidsmarkt en de hogere inflatie loopt de contractloonstijging
op naar 2,5% in 2019. De overheidsfinanciën staan er in de ramingsperiode goed voor, met
jaarlijks een begrotingsoverschot en een naar 50,8% bbp dalende overheidsschuld.
Een alternatief scenario toont de potentiële gevolgen van wereldwijd hogere rentes voor de
Nederlandse economie. Indien de kapitaalmarktrente abrupt met 1 procentpunt stijgt, heeft dit
in de eerste vier jaar een drukkend effect op de bbp-groei van gemiddeld 0,4 procentpunt per
jaar. De effecten op de groei zijn de eerste twee jaren wat groter en nemen daarna geleidelijk af.